-6-
een afwashulp in de besluitvorming kan leiden tot een bepaalde weerslag in de
prijs van de warme maaltijden. Zijn fractie denkt dat het niet verstandig is om
hier op vooruit te lopen.
De heer Van der Werf stemt in met het voorstel. Hij acht het een goede zaak
wanneer het rapport ouderenbeleid aan de orde wordt gesteld. De financiële
aspecten met betrekking tot het ouderenbeleid zullen dan aan de orde komen. De
financiële problemen zullen volgens hem op een heel ander terrein liggen, dan op
het terrein van de warme maaltijdenvoorziening. Hij wil die zaken liever aan de
orde stellen, dan steeds over de warme maaltijdenvoorziening te blijven
discussiëren.
De voorzitter antwoordt dat de opmerking van de heer Van der Werf bij de
behandeling van het rapport meegenomen zal worden.
De heer Bienefelt vraagt of de behandeling van het rapport in de eerstvolgende
vergadering van de commissie Onderwijs, Cultuur, Sport en Welzijn plaatsvindt.
De voorzitter hoopt dat de zaken tijdig gereed zijn, opdat de materie in de
vergadering van mei meegenomen kan worden.
De heer Van de Merbel merkt op dat het niet relevant is of door de PvdA-fractie
wel of niet veel werk is besteed aan de materie aangaande het raadsvoorstel
Ieder raadslid wordt geacht om bepaalde zaken goed uit te diepen en dit hoeft
helemaal niet tot beloningen te leiden, want dat is niet aan de orde, maar de
zaak zelf is aan de orde. Zijn fractie vindt het ook minder relevant dat een en
ander tot irritatie leidt wanneer gezegd wordt dat het al meerdere keren aan de
orde is geweest. Hij denkt dat het voor een gedeelte komt, dat het meerdere
malen aan de orde is geweest, omdat in eerste instantie in de betreffende
commissie totaal niet begrepen was waarom het ging. De heer Bienefelt zat daar
bijvoorbeeld ook bij. Zijn fractie heeft dit een keer in een raadsvergadering
verduidelijkt. Een en ander leidt ertoe dat de zaak wat meer terugkomt in
vergaderingen van commissies en raad, maar daar kan zijn fractie niets aan doen.
Dit ligt aan het feit dat men in het begin niet goed heeft geweten wat er aan de
orde was.
De heer Bienefelt interrumpeert de heer Van de Merbel en zegt dat laatstgenoemde
doelt op de vergadering waarbij de voorzitter van het Gecoördineerd Ouderenwerk
uitgebreid verslag deed van de gang van zaken rondom de maaltijdenvoorziening.
Men is toen goed voorgelicht, zijn fractie heeft toen standpunten ingenomen die
ze nog steeds boven water houdt.
De heer Van de Merbel merkt op dat er toen een brief van het Provinciaal
Welzijnsberaad op tafel lag. Over die brief moest toen in de commissie
geadviseerd worden en in de betreffende brief werd gevraagd om een individuele
subsidieverlening ten behoeve van de warme maaltijdenvoorziening. Iedereen mag
wel eens een fout maken, maar hij vindt dat men naderhand niet moet verwijten
dat andere partijen terug blijven komen op hetzelfde onderwerp. Zijn fractie
komt terug op deze zaak, omdat ze het een belangrijke zaak acht. Zijn fractie
blijft het een belangrijke zaak vinden en zolang haar daar het tegendeel niet
van wordt aangetoond zal ze wellicht in de toekomst terug blijven komen op deze
zaak. De zelfstandigheid van de bejaarden wordt met een individuele subsidiëring
van de maaltijdenvoorziening bevordert. Ieder die de zelfstandigheid van
bejaarden wenst te bevorderen doet dat op zijn of haar manier, maar zijn fractie
heeft wel eens de indruk dat de zorg voor de ouderen gemonopoliseerd wordt. Als
slot van zijn betoog wenst hij het volgende mee te geven: "Sta open voor
suggesties die van anderen komen"
Hij legt hierna, namens zijn fractie, de uitspraak in concept aan de voorzitter
voor.
De heer Fakkers denkt dat getracht moet worden om de discussie zuiver te houden.
Het Provinciaal Welzijnsberaad stuurt elk jaar een brief naar de gemeenteraden
over de maaltijdenvoorziening. Deze instantie gaat dan steeds uit van een
situatie waarbij de gemeente Fijnaart en Heijningen min of meer vergeleken wordt
met andere delen van Noord-Brabant. Hij merkt op dat in die andere delen van
Noord-Brabant wellicht andere situaties gelden. De heer Van de Merbel heeft
meegedeeld dat Fijnaart en Heijningen niet vergeleken moet worden met Wassenaar.