-2-
in de C.D.A.-ers K. de Vries en A.G. Brinkman, respectievelijk voorzitter en
penningmeester, en twee P.v.d.A-ers M.H. van Meurs en J.W.G. Huurman,
respectievelijk vice-voorzitter en secretaris. Jammer in deze is, dat het aantal
V.V.D-bestuurders binnen de L.O.T.A. (nog) beperkt is.
Wij vinden, dat lagere overheden (gemeenten), die zich gezamenlijk inzetten
tegen apartheid een goede zaak dienen.
De Nederlandse bevolking is zeer gemêleerd en ook in onze gemeente hebben wij te
maken met verschillende huidskleuren. Wij, als gemeenteraad, hebben een
voorbeeldfunktie en een verantwoordelijkheid in deze.
Apartheid is een zaak, die indruist tegen alle fundamentele rechten van de mens,
zoals deze ook zijn vastgelegd in de Universele Verklaring van de Rechten van de
Mens, die discriminatie op grond van ras en huidskleur verbiedt.
Mevrouw de voorzitter, eigenlijk zou mijn betoog overbodig moeten zijn, als wij
weten, dat Zuid-Afrika als enig land in de wereld, rassendiskriminatie in de
grondwet heeft vastgelegd. Tenslotte zou ik het College en de leden van de raad
willen vragen het voorgaande goed te willen overdenken en daarna over te gaan
tot het nemen van een besluit om voorbereidingen te treffen om tot het
lidmaatschap van de Vereninging L.O.T.A. over te gaan."
De heer Nijhoff merkt op dat zijn fractie van mening is dat dit een taak is van
de rijksoverheid. Een standpunt welke zijn fractie al in vorige vergaderingen
heeft ingenomen. Tot nog toe is er voor zijn fractie geen aanleiding geweest dit
standpunt te veranderen.
De voorzitter vraagt de raad of zij het, gezien de standpunten van de fracties
van P.v.d.A en C.D.A.zinvol acht dit punt in stemming te brengen.
De heer De Jong dient namens zijn fractie een motie in, die als volgt luidt:
"De raad van de gemeente Fijnaart en Heijningen in vergadering bijeen op
donderdag 16 maart 1989 spreekt uit:
- dat rassendiscriminatie, vastgelegd in de grondwet van Zuid-Afrika een
verwerpelijke zaak is;
- dat die verwerping zich in gemeentelijke aktiviteiten vertaalt, door
bijvoorbeeld uitspraken van de gemeenteraad;
- dat de gemeente, daar waar mogelijk de bewustwording bij de burgers inzake het
gemeentelijke anti/apartheidsbeleid verbetert;
- dat de Vereniging Lagere Overheden Tegen Apartheid een goede zaak dient;
- zij verzoekt het college voorbereidingen te treffen om tot lidmaatschap van de
Vereniging Lagere Overheden Tegen Apartheid over te gaan;
en gaat over tot de orde van de dag.
De voorzitter brengt de motie in stemming.
De raad besluit de motie met 9 stemmen tegen en 3 stemmen voor te verwerpen.
Voor de motie stemmen de heren Van de Merbel, De Jong en Bos. Tegen de motie
stemmen de heren Van der Spek, Van der Werf, Mastenbroek, Evers, Nijhoff,
Bienefelt, Fakkers, Van Dis en Kannekens
De heer Van de Merbel gaat in op punt j, een schrijven van het Provinciaal
Welzijnsberaad voor Ouderen inzake adviesprijs warme maaltijd voor thuiswonende
ouderen uit de laagste inkomensgroepen. In de krant heeft hij gelezen dat het
onderzoek van de stichting Gekoördineerd Ouderenwerk al in een eindfase is
gekomen. Als het onderzoek heeft plaatsgevonden op verzoek van de gemeente dan
krijgt men daar ook de resultaten van. Hij vraagt wanneer het resultaat van het
onderzoek de raad wordt voorgelegd en of het college kan aangeven op welke wijze
de enquête heeft plaatsgevonden. Mede aan de hand daarvan kan zijn fractie dan
een goed oordeel vormen omtrent die enquête.
De voorzitter antwoordt dat de stichting Gekoördineerd Ouderwerk de enquête op
eigen initiatief gehouden heeft. Binnen de stichting is het besproken en de
afspraak is gemaakt dat de gemeente zal worden ingelicht over de resultaten van
het onderzoek. Wanneer de resultaten zijn ontvangen zullen deze, zoals
afgesproken, aan de orde worden gesteld in de betreffende commissie samen met
stukken van de gemeente Oss, die de gemeente inmiddels toegezonden heeft
gekregen.
