-15-
4Voorstel tot het intrekken van de Verordening op de verbliifsqebouwen en
de Verordening op logeerinrichtingen en pensionbedriivenVolgnr. 89-1-3.
De raad besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van
burgemeester en wethouders.
5Voorstel inzake vaststelling bedrag op grond van Verordening
subsidiering van woonconsumenten(orqanisaties). Volgnr. 89-1-1.
De raad besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van
burgemeester en wethouders.
6Voorstel inzake het vernieuwen van de provinciale weg bil Nieuwemolen.
Volgnr. 89-1-9.
De heer Mastenbroek vraagt of er nog tijd is om de zaak even aan te houden.
Hij wenst de zaak nog te bespreken in de commissie Openbare Werken voor wat
betreft de technische aangelegenheden. Er ligt een tekening ter inzage
waaraan nogal wat haken en ogen zitten. Om een en ander vanavond in de raad
te bespreken lijkt hem moeilijk. Het beste zou zijn om de technische
aspecten te bespreken in een vergadering van de commissie Openbare Werken.
De voorzitter antwoordt dat de gemeente eind december een bericht van de
provincie heeft ontvangen, waarin staat dat de zaak al aanbesteed is. Bij
wijze van spreken kan er morgen worden begonnen. Ze is bereid dit voorstel
aan te houden en te bekijken of het begin volgende week mogelijk is om een
commissievergadering te houden. Een en ander zou op heel korte termijn
moeten.
De heer Mastenbroek heeft hiertegen geen enkel bezwaar. Inhoudelijk wenst
hij iets aan te halen. De weg wordt volgens het plan smaller, waarbij de
fietspaden plotseling ophouden. Hij denkt dat het een verslechtering
inhoudt ten opzichte van de bestaande situatie.
De voorzitter antwoordt dat hierover anders wordt gedacht. Ze kan zich
indenken dat de CDA-fractie technisch inhoudelijke vragen heeft.
De heer Mastenbroek merkt op dat het fietspad in de richting van Fijnaart
op een gegeven moment ophoudt. De weg wordt smaller, namelijk 6 meter. Hij
vraagt waar de fietsers moeten blijven. Het lijkt hem een levensgevaarlijke
situatie.
De voorzitter stelt voor om op dinsdag 24 januari 1989 uitsluitend over dit
punt een vergadering van de commissie Openbare Werken te houden. Gezien de
ziekte van de heer Kannekens zal zij de vergadering voorzitten. Ze vraagt
of de raad hiermee instemt.
De raad stemt ermee in om het voorstel aan te houden en een en ander eerst
in de vergadering van de commissie Openbare Werken te brengen, welke op
dinsdag 24 januari 1989 zal worden gehouden.
De voorzitter merkt op dat in het voorstel de raad wordt voorgesteld om
accoord te gaan met het thans voorliggende plan. Ze denkt dat het goed is
om de vermelden dat aangaande dit onderwerp de provincie betaalt en
bepaalt. Het college is graag bereid om, met name ten aanzien van het