-5-
dat zijn fractie het recht moet kunnen behouden om tijdens de behandeling in
tweede termijn nieuwe punten aan te voeren. Er is dan sprake van een enigszins
levendig en politiek getinte discussie. Zou dat niet kunnen, dan is het als het
ware een schriftelijke afhandeling van zaken en is er niet meer sprake van
Algemene Beschouwingen, zoals deze verondersteld worden te zijn.
De heer Fakkers merkt op dat de heer Van der Spek het hiermee het college
moeilijker maakt. Wanneer de heer Van der Spek in eerste termijn al een aantal
zaken achter houdt en daarmee in tweede termijn naar voren komt, dan wordt het
voor het college moeilijk.
De voorzitter zegt dat de heer Van der Spek het zo niet heeft gezegd. Hij
meegedeeld dat hij zich het recht voorbehoudt om in tweede termijn nog wat
aanvullingen op het ingeleverde stuk in tweede termijn te leveren.
De heer Van de Merbel gaat in op de verkeerssituatie in de Wilhelminastraat. Hij
denkt hierbij niet zozeer aan de situatie ter hoogte van de ambtswoning,
alhoewel deze hem ook wel zorgen baart. Het college is dit inmiddels be^®nd* Heb
feit dat daar reeds gedurende twee maanden een trottoir min of meer geblok eer
wordt, vindt hij niet bevorderlijk voor de verkeersveiligheid. Wat hem vooral
bezig houdt is de situatie, waarnaar hij in april 1989 in de raadsvergadering
naar gevraagd heeft. Het betreft het instellen van een parkeerverbod -eenzijdig-
ter hoogte van de Rabobank. Als gevolg hiervan is een situatie ontstaan, waarbij
het verkeer een wat vrijere doorgang heeft gekregen, waardoor er momenteel erg
hard wordt gereden. Niet alleen in de raadsvergadering van april heeft hij dit
aangekaart, ook in de vergadering van de commissie Openbare Werken in mei heeft
hij hiernaar geinformeerd. Tijdens die vergadering kreeg hij de indruk dat er
binnen niet al te lange termijn tot een oplossing gekomen zou worden. Tot op
heden hebben de bewoners aan de Wilhelminastraat en hijzelf nog niets
geconstateerd aangaande een oplossing voor het betreffende weggedeelte.
Wethouder Kannekens ziet geen mogelijkheid om hier direct een antwoord op e
geven. Vanaf 1982 wordt over de Wilhelminastraat gepraat. Hij kan op de vraag
van de heer Van de Merbel thans geen concreet en afdoend antwoord geven. In de
commissie Openbare Werken is de Wilhelminastraat in zijn geheel aan de orde
geweest. In kopie is deze zaak naar de fracties gegaan. In een volgende
vergadering van de commissie Openbare Werken zal dit onderwerp weer aan de orde
worden gesteld.
De voorzitter concludeert dat de afspraak gemaakt kan worden dat deze zaak de
eerstvolgende keer in de commissie Openbare Werken aan de orde wordt gesteld.
De heer Van de Merbel vindt de ontstane situatie wat merkwaardig. Hij heeft de
vergadering van de commissie Openbare Werken van mei 1989 aangehaald. Dit is
niet de laatstgehouden vergadering van die commissie. In de vergadering van mei
heeft hij tijdens de rondvraag de zaak aangekaart. De voorzitter heeft toen
laten weten dat er snel zicht zou komen op een oplossing. Tot op heden zijn
inmiddels 5 maanden verstreken en op de door hem gestelde vraag krijgt hij nu te
horen van wethouder Kannekens, dat hij er niets zinnigs over kan zeggen.
Destijds heeft hij de zaak aangekaart en gewezen op de mogelijkheid iets te doen
in het kader van de actie Veilig Verkeer Nederland. Er werd hierop toen positief
gereageerd, maar hij moet nu constateren dat er niets gebeurt. Het feit dat er
nu niets inhoudelijks op tafel komt, acht hij onbevredigend.
De voorzitter antwoordt dat het voor de heer Van de Merbel onbevredigend kan
zijn. De zaak is nog niet aan de orde geweest in het college en ze zal zorgen
dat dat op korte termijn gebeurt. Op korte termijn zal de zaak opgevoerd worden
op de agenda van de commissie Openbare Werken.
Wethouder Kannekens zegt ter aanvulling dat de Wilhelminastraat als post P.M. op
de meerjarenbegroting staat.
De heer Van de Merbel antwoordt dat het inderdaad een post betreft die al
meerdere jaren in de meerjarenbegroting voorkomt. Hij heeft gerefereerd aan een
maatregel, die de gemeente zelf genomen heeft in de Wilhelminastraat ter hoogte
van de Rabobank, namelijk de instelling van een parkeerverbod aan een zijde van
de weg. De consequenties van dit parkeerverbod heeft hij onder ogen gebracht en
dit heeft in wezen niets te maken met de reconstructie. Op deze reconstructie