20. Voorstel tot verkoop perceel grond aan de heer P. van Poortvliet. 28e
wijziging gemeentebegroting 1987. Volgnr. 87-VI1-83.
De raad besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel
van burgemeester en wethouders.
21. Voorstel tot verkoop perceel grond aan de heer D.J. de Vos29e
wijziging gemeentebegroting 1987. Volgnr. 87-VII-84.
De raad besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel
van burgemeester en wethouders.
22. Voorstel tot wijziging voorwaarden inzake verkochte perceel grond
industrieterrein. Volgnr. 87-VII-85.
De raad besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel
van burgemeester en wethouders.
23. Voorstel tot verlenging transportdatum inzake aankoop grond Pakwoningen
b.v. Volgnr. 87-VII-90.
De raad besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel
van burgemeester en wethouders.
24. Voorstel inzake subsidieverzoek N.H.-kerk met betrekking tot nieuw
torenuurwerkVolgnr. 87-VII-79.
De heer Nijhoff merkt op dat zijn fractie teleurgesteld is door het
feit dat er via de pot Stads- en Dorpsvernieuwing geen bijdrage kan
worden gegeven voor de vernieuwing van het torenuurwerk. Men zou zeggen
dat zo'n uurwerk toch invloed uitoefent op het beeld van het dorp. Waar
men zich ook in het dorp bevindt, men kan de toren met het uurwerk
zien. Het had de gemeenschap niet misstaan een bijdrage te leveren aan
de vernieuwing van het uurwerk.
Gezien de financiële toestand van de gemeente meent zijn fractie dat
ze zich toch bij het voorstel van burgemeester en wethouders moet
aansluiten. Toch vindt zij het jammer dat het geven van een bijdrage
aan de N.H. Hervormde kerk voor het uurwerk niet mogelijk is.
De heer de Vos merkt op dat zijn fractie in de vergadering van de
commissie voor bestuurlijke aangelegenheden van 4 juni 1987 de
suggestie heeft meegegeven om te bekijken of men subsidie kan verlenen
via de pot Stads- en Dorpsvernieuwing. Dit blijkt niet te kunnen. Zijn
fractie gaat dan nu ook accoord met het voorstel van burgemeester en
wethouders.
De voorzitter antwoordt dat eenieder de teleurstelling van de heer
Nijhoff zal delen. Het staat de raad echter vrij om gelden beschikbaar
te stellen, anders dan uit het fonds voor de Stads- en
Dorpsvernieuwing. Hij begrijpt echter dat de raad hiertoe niet wil
overgaan.
De heer van der Spek merkt op dat hetgeen de heer Nijhoff heeft gezegd
hem aanspreekt. Men kan natuurlijk een symbolisch bedrag beschikbaar
stellen.
De voorzitter merkt op dat de heer Nijhoff dit niet heeft voorgesteld.
De heeft Nijhoff heeft alleen maar opgemerkt dat zijn fractie het eens
is met het voorstel van burgemeester en wethouders.
De heer Mastenbroek merkt op dat hij erg nieuwsgierig is naar het
12