tot een beslissing te komen.
De P.v.d.A.-fractie en de heer Bos hadden reeds in eerder stadium beslo
ten om de artikel 19 en 50-procedure niet in gang te zetten.
De heer Kannekens denkt dat het punt dat de Striene de provincie heeft
laten weten dat de gemeente geen bedrijventerrein aanwezig is, voldoende
reden kan zijn voor een raadslid om een ander standpunt in te nemen.
De voorzitter antwoordt dat dit voor hem persoonlijk niet geldt.
De heer Kannekens merkt op dat dit voor de voorzitter misschien niet zo
kan zijn, maar dit geldt voor zijn fractie wel.
De voorzitter repliceert dat hij niet probeert de raad op een ander
standpunt te brengen. Hij geeft alleen aan dat men als raad, na het
wegen van argumenten, naar Den Bosch is gegaan met het verzoek om een
verklaring van geen bezwaar af te geven ten behoeve van het Waterschap
de Striene, teneinde de bouw van de opslagloods aan de Potenblokseweg
mogelijk te maken. De raad wordt thans geconfronteerd met de medewerking
tot de vrijstelling. Het logische gevolg zou nu zijn dat de raad zijn
medewerking geeft. Wanneer raadsleden in hun besluitvorming de argumen
tatie van de Striene een rol laten spelen en hierdoor een ander besluit
innemen dan in eerder stadium, dan is dit geheel aan die raadsleden. Hij
constateert alleen dat hij vindt dat. men op eigen afweging van zaken
beslissingen dient te nemen. Hij zegt met nadruk dat dit laatste duide
lijk zijn mening is. Ieder raadslid heeft volkomen de vrijheid zijn stem
uit te brengen zoals hij dat wenst.
De heer Bos zegt dat de leden van de P.v.d.A.-fractie en hijzelf van
meet af "nee" hebben gezegd. Van de kant van de C.D.A.-fractie kan hij
het heel goed begrijpen dat zij nu een ander standpunt inneemt dan in
eerder stadium, nu van Den Bosch het bericht komt dat de Striene heeft
medegedeeld dat de gemeente geen bedrijventerrein heeft. Dit is namelijk
een complete leugen.
De heer Kannekens zegt hierbij dat dit duidelijk de kwestie is waar om
het gaat.
De heer Bos merkt op dat de Striene bovendien durft te suggereren dat de
tijd dringt. Wanneer de Striene medewerking had gegeven aan de gemeente,
dan had het gebouw er ondertussen al kunnen staan. De urgentie, een punt
dat de Striene aanvoert, is wat hem betreft nul komma nul.
De voorzitter zegt dat er niet gesproken wordt over het feit dat er geen
industrieterrein is. Door de Striene wordt heel duidelijk geschreven
over het industrieterrein Dintelmond. De Striene verwoordt dat ze de
ligging niet goed vindt, ten behoeve van de bouw van een opslagloods. De
Striene heeft dit destijds ook al kenbaar gemaakt aan de gemeente. Hij
houdt staande dat de argumentatie van de Striene er destijds was toen de
raad moest besluiten of er al dan niet een verklaring van geen bezwaar
moest worden aangevraagd. De argumentatie van de Striene is ook ver
strekt naar de provincie toe, zij het dat het iets anders is verwoord.
Hij vindt dat er niet gezegd moet worden, dat er nu plotseling een hele
andere zaak ligt. Hij houdt staande dat er in wezen dezelfde argumenten
in het geding zijn.
Destijds is - met het bekend zijn van de argumenten die thans ook voor
liggen - besloten door de raad om de vrijstelling aan te vragen bij
Gedeputeerde Staten. Hij brengt het voorstel in stemming.
De raad besluit met 4 stemmen vóór en 9 stemmen tegen
het voorstel van burgemeester en wethouders te verwerpen en dus de
vrijstelling niet te verlenen.
Vóór stemmen de heren van der Spek, van der Werf, van Dis en Fakkers.
5