dat hier nog eens een keer benadrukken. In het belang van een democratisch functioneren moet je proberen fracties zo evenwichtig en zo goed mogelijk te informeren. Dan ook alleen kun je verlangen, hopen en verwachten dat de fracties accoord gaan op een aanvaardbare manier met een wethouder uit een andere fractie. Belangrijk is dat fracties die geen wethouder hebben geleverd worden ingelicht en mee kunnen praten. Het moet niet zo zijn dat je in het college van burgemeester en wethouder de zaken maar gaat regelen en dat de minderheid dan maar buitenspel moet staan. Dat is geen democratie, maar dat is een manier van besturen die democratie niet waardig is. Dat is dan de schoolmeestertoon. Die schoolmeestertoon zal ik ook altijd graag blijven handhaven op dat punt. Op andere punten vind ik het goed dat ik er steeds op gewezen word, want dat moet gewoon niet, alhoewel ik ook wel eens de indruk heb dat niet—schoolmeester heel vaak in de raad uitstekend schoolmeester zijn. Dat bedoel ik niet speciaal voor deze raad, maar in zijn algemeenheid bedoel ik dat wel. Mijnheer de Vos, ik kan niet anders zeggen dan dat ik aan de contacten met Uw fractie de meeste goede herinneringen heb. En juist ook daarom, omdat U in staat bent geweest in Uw fractie -en ook U voorganger in Uw fractie -om inderdaad een inbreng te geven. U aanvaardde— zij het soms tandknarsend wat weer logisch is- dat U niet alles voor elkaar kon krijgen. Niettemin is de inbreng van Uw fractie meer dan alleen de fusie van de woningbouw. Er zijn heel wat zaken die langzamerhand toch vanuit Uw visie mee overgenomen zijn in het totale beleid. Zo hoort het ook. Het is zo dat zelfs één persoon soms een geweldige inbreng in een raad kan hebben, een inbreng die heel belangrijk is. Mijnheer van der Spek, U hebt het allemaal zo keurig aangegeven. U had het ook over het subtiele bespelen, maar ik denk dat U ook subtiel aan de gang bent geweest in Uw toespraak. Ik hoop dat de raad niet alleen met treintjes gaat spelen, maar dat hij de zaken goed op de rails houdt. Wellicht dat U, mijnheer van der Spek, in staat bent om het automatiseringsproject op peil te houden. Daar hoor ik nog wel van. Wellicht word ik daar nog wel een keer voor uitgenodigd. Het belangrijk vinden van onderwijs en cultuur. U kent daar mijn mening over. U weet hoe ik dat ook een tijdbom vind en dat ik deze zaken ontzettend belangrijk voor de gemeenschap Fijnaart en Heijningen vind. Daar dient alle aandacht voor te zijn en ik hoop dat die aandacht hiervoor er op een verstandige manier blijft. Dank voor de goede contacten ook met de fractie van de V.V.D. Het was wel eens enigszins moeilijk, niet zozeer om de personen in de raad, alswel dat de afdeling in het begin dacht: Aha een V.V.D.- burgemeester, die gaat zich fijn met de afdelingsvergaderingen bemoeien en zich een beetje meer richten tot de V.V.D. Wel, in het begin lag ik het meest in de clinch met de huidige loco-burgemeester en dat kwam misschien wel een beetje door een overreactie van mijn zijde. Ik wilde niet dat de V.V.D. maar enigszins het idee kreeg dat zij in een bevoorrechte positie zat. Ik denk dat ik het een en ander wel eens ten onrechte te snel afkapte. Hiervoor alsnog mijn excuses. Ik denk dat het beter zo is, dan andersom. Dat is later in een soepelere verstandhouding gekomen, maar de afdeling heeft enige moeite gehad om te begrijpen dat een burgemeester zich plaatselik niet met de politiek bemoeit en zeker niet met zijn eigen afdeling. De burgemeester zal wel eens een keer gaan naar een spreker, maar wat mij betreft net zo goed naar een spreker van de P.v.d.A., C.D.A.gemeentebelangen als de V.V.D. Dat ik me uiteraard wel regionaal, provinciaal of landelijk beweeg is 14

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1987 | | pagina 163