4— van afschrijving heeft en het risico dat het wil lopen. Na de afgesproken jaren wil het bedrijf dit risico niet meer. De risico's worden dan ook afgewenteld op degene die gebruik maakt van dit systeem. De voorzitter zegt dat het laatste wat wethouder Fakkers heeft gezegd de bottle neckvan het hele verhaal is. Er is natuurlijk geen enkele leverancier die de gemeente er beter van wil laten worden. Als men dan zelf op een andere wijze geld kan aantrekken is het veelal niet zo aanlokkelijk. Wat betreft de vraag van de heer de Witte, waarom dit voorstel niet in de commissie Financiën behandeld is,zegt hij dat dit natuurlijk de schuld is van het college. Het college echter heeft ontzettend veel moeite gedaan om de stukken uit handen van de lieden die er mee bezig waren te krijgen. Dit omdat men er nogal lang over deed om ant woorden op vragen gesteld in de commissie Openbare Werken, te verkrijgen. Dit komt vooral omdat er ten aanzien van de WIR-premie gewijzigde regelingen aan de orde zijn geweest. Hierdoor bleek het dat men met die regeling niet uit de voeten kon. De reden waarom dit voorstel niet in de commissie Financiën is geweest, is omdat de stukken destijds nog niet klaar waren op de wijze zoals ze nu aan - geboden zijn. Het resultaat is nu dat alle vragen onderzocht zijn. Achteraf gezien was het prettiger geweest, als het al eerder naar de raad was gegaan. Maar dit zijn echter zaken waar men verder niets meer aan kan doen. De heer van Halderen zegt dat wethouder Fakkers gelijk heeft wanneer deze zegt dat de afschrijvingstermijn voor de gemeente 7 jaar is. Voor een goede vergelij- king in cijfers echter had in het voorstel een termijn van 6 jaar aangehouden moeten worden. Dit zou dan een duidelijker beeld hebben gegeven. De voorzitter zegt dat er inderdaad geen vergelijkbare afschrijvingstermijnen worden genoemd. Het is echter wel zo dat als men de normale afschrijvingstermijn van de gemeente gebruikt men goedkoper uit is. Dit is volgens hem het punt waar het om draait. De heer de Witte vraagt of er in het overzicht van het leasen, rekening is gehouden met de WIR-premie. De voorzitter antwoordt dat er rekening is gehouden met de uiteindelijke kosten voor de gemeente. Dus ook met de WIR-premie. De heer de Witte zegt dat men niet langer kan wachten om deze vrachtwagen te vervangen, dit gezien de risico's die men loopt. Hij denkt toch dat het zinvol is om altijd alle mogelijkheden te onderzoeken ten aanzien van hoe men iets gaat financieren. Hij blijft er echter voorstander van om dit soort zaken in commissies te behan delen. De voorzitter zegt dat men, als dit enigszins mogelijk is, in een vroeger stadium zou moeten kijken hoe men het allemaal gaat doen. Het probleem is echter dat men nu grote moeite heeft om alle grote zaken ten aanzien van de financiën voor elkaar te krijgen, dit omdat de ombouw van de begroting enorm veel tijd kost. Ook het bijwerken van de rekeningen kost veel tijd. Het is altijd een zaak van prioriteiten stellen. De raad besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders. 7Voorstel tot het beschikbaar stellen van een krediet voor overname van een processor van Rucphen t.b.v. de c.a.i. 21 e wijziging gemeentebegroting 1985. Volgnr85-VI-46 De raad besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders. 8. Voorstel tot vaststelling vergoeding als bedoeld in artikel 101 ter der Lager onderwijswet 1920 over het jaar 1988 ten behoeve van Basisschool te Heijningen 22e wijziging gemeentebegroting 1985. Volgnr. 85-VI-39 De raad besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders.

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1985 | | pagina 64