-3-
6. Voorstel tot vervanging van een vrachtauto. 20e wijziging gemeentebegroting 1985.
Volgnr85-VI-43."
De heer van der Werf vraagt of er over deze aanschaf contact opgenomen is met
de mensen die er mee moeten werken. Verder vraagt hij hoe het mogelijk is dat
het verschil van bedrijf tot bedrijf betreffende de inruilwaarde van de oude
vrachtauto zo groot is.
De heer Mastenbroek merkte op dat het gezegde 11 tijd is geld" zeker op dit voorstel
van toepassing is. In de tijd tussen het advies dat gegeven is door de commissie
Openbare Werken endit voorstel tot aanschaf is de aanschaf van de vrachtwagen
8.000,duurder geworden. Zijn fractie betreurt dit ten zeerste.
Ten aanzien van de aanschaf van het merk Mercedes heeft zijn fractie echter geen
enkel bezwaar.
De heer van Halderen zegt dat in dit voorstel aan de vraag tegemoet is gekomen,
om de kwestie van leasen eens te bekijken. Het valt zijn fractie echter op dat
voor de verschillende categorieën telkenmale een andere tijdspanne betreffende
de afschrijvingsperiode wordt gegeven. Dit maakt het overzicht erg onduidelijk.
Men krijgt echter wel de indruk dat er toch wel toegerekend is naar aankoop,
op grond van een afschrijvingstermijn van 7 jaar. Hij vraagt of het college hier
iets over kan zeggen.
De heer de Witte vindt het jammer dat dit voorstel niet in de commissie Financiën
is behandeld. Verder zegt hij dat ook hem de verschillende afschrijvingstermijnen
opvalt. In het voorstel staat aangegeven dat wanneer men Operational leasing
toepast men een WIR—premie krijgt. In de berekeningen die gegeven worden staat
echter niet vermeld of de WIR-premie erbij gerekend is. Als dit niet zo is,
dan wordt er een scheef beeld getrokken.
Wethouder Fakkers antwoordt op de vraag van de heer van der Werf dat er contact
opgenomen is met de mensen die de vrachtwagen gaan gebruiken. Wat betreft het
verschil van bedrijf tot bedrijf betreffende de inruilwaarde van de oude auto
zegt hij,dat elk bedrijf zijn eigen prijsvaststelling heeft. Het ene bedrijf
geeft kortingen en een lage inruilwaarde. Het andere bedrijf geeft geen korting
maar wel een hoge inruilwaarde. Uiteindelijk zullen de eindcijfers de doorslag
moeten geven. Men heeft tevens gekeken naar welk merk vrachtauto het prettigste
is om mee te werken. Hij zegt dat de heer Mastenbroek opgemerkt heeft dat tijd
geld is. Hij zou hier tegenover kunnen zetten dat democratie geld kost. Vragen
die gesteld worden over deze materie moeten beantwoord worden. Er moet onderzoek
gepleegd worden en dit alles kost tijd. In die tijd kan een fatale datum zitten,
hetgeen hierbij ook het geval was, namelijk 1 april 1985. Daardoor moet men inder
daad 8.000, meer betalen. Maar het is natuurlijk wel zo dat de nieuwe wagen
nu ook weer later aangeschaft wordt.
De heer Mastenbroek zegt dat dit laatste geen argument is. Als dat van tevoren
al de gedachte was, dan had men beter helemaal geen nieuwe vrachtwagen moeten
kopen.
In de tussentijd is de oude vrachtwagen ook al een keer kapot geweest. Dit is
een risico dat men nu nog steeds loopt.
Wethouder Fakkers zegt dat hetgeen de heer Mastenbroek zegt, toch ook wel juist
is. Het is echter zoals het is.
Verder zegt hij dat de heer van Halderen opmerkte dat men uit de opstelling
van het voorstel zou kunnen lezen dat er toegerekend is naar een afschrijvings
termijn van 7 jaar. Hij stelt echter dat dit persé niet het geval is.
Ten aanzien van de WIR-premie zegt hij dat hier heel veel over te doen is geweest.
Hoe dat echter precies zit weet hij ook niet.
De heer van Halderen zegt dat hij bij het antwoord van de wethouder mist waarom
er niet voor de kosten een vergelijkbaar overzicht is. Voor alle mogelijkheden
zou er een zelfde afschrijvingstermijn moeten zijn.
Wethouder Fakkers antwoordt hierop dat dit in zijn antwoord was besloten. Hij
heeft gezegd dat er niet toegerekend is naar een bepaalde afschrijvingstermijn.
In het regime van afschrijvingen van deze gemeente geldt een afschrijvingsperiode
van 7 jaar. Het operational— en het financial leasen zijn echter gebonden aan
een periode van 5 of 6 jaar. Dit omdat het bedrijf dat least een bepaalde termijn
