Zeker ten aanzien van de integratievoorzieningen is het heel moeilijk.
In het geval van de C.N.S. in Zwingelspaan betreft het een schoolbestuur en onder
wijzend personeel die zich bijzonder hebben ingezet voor deze school en deze
integratie hebben voorbereid, zodat de school mag blijven bestaan.
Het college heeft er erg veel waardering voor dat men dit zo voor elkaar heeft
weten te krijgen. Dit neemt echter niet weg dat de gemeente de zorg heeft betreffend
de financiering. Als een school op een gegeven moment niet meer mag blijven bestaan
blijft de betreffende gemeente met de restant afschrijvingstermijnen zitten.
Men is nu echter bezig om dit naar het Rijk toe te schuiven, omdat dit op zich
een hele onredelijke zaak is. Verder zegt hij dat het college er blij mee is
dat er in goed overleg redelijke afspraken zijn gemaakt met de school en het
Ministerie
De heer van Halderen wil echter even rechtzetten dat door hem geen enkele kritiek
is geleverd wat betreft de kwaliteit van het onderwijs en de inzet van het
bestuur en personeel. Hij bedoelde het echter in algemene zin.
De raad besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van
burgemeester en wethouders.
Voorstel inzake het verzoek van het Bestuur van de C.N.S. te Zwingelspaan tot
medewerking op basis van artikel 74 Wet op het Basisonderwijs. Volgnr. 85-V-36
De voorzitter zegt dat op dit punt de huidige wetgeving ook hoogst onbevredigend
is. Het college heeft deze zaak bekeken en meent dat het onderwijzend personeel
en het bestuur van de C.N.S. in Zwingelspaan er alles aan heeft gedaan, de
afgelopen jaren, om in zelfwerkzaamheid een aantal zaken in de school goed op
te lossen.
Er wordt nu echter alleen het allernoodzakelijkste gevraagd. Het college vindt
eigenlijk dat dit onder de kosten moet vallen die het Rijk moet vergoeden.
Het Rijk doet dit echter niet. Toch vindt het college dat deze zaken in de
integratievoorzieningen meegenomen moeten worden. De Inspectie deelt deze mening.
De schriftelijke bevestiging van de Inspecteur hebben de raadsleden kunnen inzien.
Het college verwijst in het voorstel naar de nieuwe wet en naar de oude wet,
dit omdat men alle problemen wil voorkomen.
De heer de Witte wil opmerken dat deze voorstellen zo verschrikkelijk laat aan
de raad worden gepresenteerd.
De voorzitter antwoordt dat het college hier absoluut niets aan kan doen. De
wetgeving is zo dat er een Basisschool moet zijn per augustus. Het college is
dan ook ontzettend blij dat dit voorstel er nog op tijd ligt.
De raad besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van
burgemeester en wethouders.
Notitie inzake het ontwerp Provinciaal Statenvoorstel Beleid gemeentelijke her-
indeling in samenhang met het beleid intergemeentelijke samenwerking" Volgnr.
85-V-35.
De heer de Vos zegt dat men het hierover ook al in de commissie Bestuurlijke
Aangelegenheden heeft gehad van 18 april 1985. Men kan echter niet uit het voorstel
afleiden dat het advies van deze commissie niet unaniem was. Met name de fractie
van de P.v.d.A- heeft toen geadviseerd om wel inhoudeljk te reageren en niet
enkel wat kanttekeningen te plaatsen. Zijn fractie is van mening dat deze notitie
als basis wordt gebruikt voor het opstellen van concretere plannen.
Als de gemeente nu niet inhoudelijk reageert dan kunnen Gedeputeerde Staten zeggen,
dat als deze notitie inderdaad als basis wordt gebruikt voor concretere plannen,
de gemeente destijds niet inhoudelijk heeft gereageerd. Men kan dan denken:
Wie zwijgt stemt toe".
De voorzitter vraagt hoe de fractie van de P.v.d.A dan inhoudelijk zou willen
reageren.