-10- Opmerkelijk is overigens ook ,dat een nagenoeg identieke zin in paragraaf 3.4.3. ongewijzigd blijft. Ik vraag me af of men nu zo'n grote haast heeft gehad om dit te wijzigen, of dat er misschien iets anders achterzit. Naast de algemene bezwaren tegen kernenergie, hebben wij ook bezwaren van planologische aard tegen de vestiging van een dergelijke centrale op Moerdijk. Het belangrijkste bezwaar is de grote bevolkingsconcentraties die zich op korte afstand van het industrieterrein bevinden. Binnen een straal van 25 km van de mogelijke vestigingsplaats bevinden zich ondermeer de plaatsen: Breda, Oosterhout, Roosendaal, Dordrecht, Zwijndrecht en ook een groot deel van Rotterdam en ook Fijnaart. In diverse rapporten wordt dit als veiligheids zone aangenomen. Het gebied bevat, volgens een grove schatting onzerzijds, 3/4 miljoen mensen. Dat Moerdijk op planologische gronden ongeschikt is voor de vestiging van een kernenergiecentrale is een mening die onder andere ook verkondigd wordt door de Rijks Planologische Dienst. In tegenstelling tot wat U in Uw voorstel schrijft,zijn wij wel degelijk van mening dat er tegen de voorgestelde wijziging bezwaren van planologische aard zijn in te brengen. Wij willen dan ook het volgende amendement op het raads voorstel indienen: "Amendement: Voorstel tot wijziging van het "Voorstel inzake de ontwerpevaluatienota en de voorontwerp-herziening van het Streekplan West-Brabant" Volgnr: 85-IV-22. Pagina 2 18e regel van boven tot en met 26e regel van boven welke luiden:* Aan het slot van hoofdstuk.?Naar onze mening zijn die in dit verband niet aanwezig", schrappen, en vervangen door: Door de voorgestelde wijziging van paragraaf 6.9 Hoogspanningsleidingen en electriciteitscentraleswordt de mogelijkheid geschapen dat er binnen het plangebied van dit Streekplan en dan met name op het bedrijventerrein Moerdijk een kerncentrale wordt gevestigd. Gezien de gevolgen die dit heeft voor de ruime omgeving van het bedrijventerrein is het ongewenst dat de mogelijk heid van een dergelijke vestiging in het Streekplan opengelaten wordt. Voorgesteld wordt dan ook, het college van Gedeputeerde Staten te vragen om de bedoelde paragraaf 6.9 uit te breiden met de volgende zin: Gezien de planologische bezwaren die de vestiging van een kernenergiecentrale met zich meebrengt, wordt een dergelijke vestiging in het gehele plangebied uitgesloten". De voorzitter vraagt of hetgeen hij m voorgelezen heeft wil veranderen in het streekplan. _e heer de Vos zegt dat hij dit in het voorstel van burgemeester en wethouders wil veranderen, cmdat het college voorstelt te reageren overeenkomstig hetgeen in dit voorstel is v De heer Koevoets zegt dat hij ook een opmerking heeft over het slot van hoofdstuk 6. Hierin wordt een wijziging voorgesteld door de Provincie met betrekking tot de vestiging van een electriciteitscentraleIn 6.9 staat, onder het hoofdstuk electriciteit, dat er in Moerdijk een kolengestookte centrale kan komen. De basis voor hoofdstuk 6.9 is paragraaf 3 onder b. De basis voor de kolengestookte centrale blijft staan. De planologische redenen voor een kolengestookte centrale op Moerdijk blijven rechtovereind, want Moerdijk heeft grote ruimten aan open vaarwater voor enorme toevloeden van kolen. Verwerking naar het achterland is mogelijk. Zelfs zou de mogelijkheid er zijn om daar een kolergstookte centrale te plaatsen. Alle andere centrales sluit men daarmee nog niet uit. De wijziging in de zin dat kolengestookte bij 6.9 wordt geschrapt is volgens hem volledig overbodig. Hoofdstuk 6.9 is gebaseerd op hoofdstuk 3.4.3. Hij zegt dat men 6.9 niet mag wijzigen zolang men 3.4.3. niet wijzigt. Zijn fractie heeft er toch wel moeite mee om als gemeenteraad met kerncentralebegrippen te komen. Hij vraagt zich af of men hierdoor een en ander niet verder uitlokt. Hij stelt voor om in hoofdstuk 6.9 de term "kolen gestookte" te laten staan op grond van het feit dat hoofdstuk 3.4.3. de basis is voor hoofdstuk 6.9.

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1985 | | pagina 42