-43- Ook voor het rioolafvoerrecht geldt dat de burger hier wel degelijk belang bij heeft. De verhoging van 5% is gezien het bedrag en de toekomstige consequenties nog eigenlijk te laag. Daarom kan zijn fractie opnieuw met een verhoging van 5% instemmen De heer de Witte merkt op dat zijn fractie van mening is dat men de belasting ook hier niet moet verhogen met 5% maar met 3V2%. De raad besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van burge meester en wethouders. De P.v.d.A.fractie wenst hierbij de aantekening geacht te worden te hebben tegengestemd. V. Vaststelling wijziging tarieven gemeentelijke gebouwen: a. Witte Roos. Volgnr. 85-XIII-144. De raad besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van burge meester en wethouders. bPestalozzihuisVolgnr. 85-XIII-145. De raad besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van burge meester en wethouders. c. Gymnastiekzalen Volgnr. 85-XIII-146 De raad besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van burge meester en wethouders. d. Zwembad. Volgnr. 85-XIII-147 De heer Koevoets wenst hierbij de aantekening dat de P.L.F. fractie geacht wordt te hebben tegengestemd. De raad besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van burge meester en wethouders. De PLF-fractie wenst hierbij de aantekening geacht te worden te hebben tegengestemd. eMortuarium. Volgnr. 85-XIII-143. De raad besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van burge meester en wethouders. De heer Koevoets merkt ten aanzien van het mortuarium op dat hij voor wil stellen om voor het mortuarium een vast bedrag te rekenen. De kosten hiervan worden groten deels gedekt door verzekeringen. Hij denkt hierbij aan een tarief van 100, per etmaal. Dit is gemakkelijker in de toekomst, omdat men dan niet jaarlijks het tarief hoeft te verhogen. Op dit moment is het tarief niet kostendekkend. Dit zou bij een dergelijk iets toch wel behoren te zijn. De voorzitter antwoordt dat dit dan opnieuw bekeken zal moeten worden. VIVaststelling investeringsplan. De voorzitter merkt op dat zaken die in de nota van wijzigingen staan aan de orde zijn gesteld. Het vaststellen van het investeringsplan gaat als volgt: Voor 1986 gaat men wel of niet accoord met de betreffende investeringen. Men legt zich echter nog niet definitief vast met betrekking tot deze investeringen. De investeringen komen terug in de raad, waarin het krediet gevoteerd wordt. Men zit dus niet aan de investeringen vast. Waar men wel aan vast zit is het feit dat er voorbereidingen getroffen worden. Er is dan op zijn minst een morele verplichting om als men niet tegen een bepaalde investering is, om daar dan later toch mee accoord te gaan. De wijze van uitvoering kan dan nog wel spelen. Wat betreft 1986 vraagt het college die uitspraak van de raad. Wat 1987, 1988 en 1989 betreft vraagt het college de raad enkel maar de intentie of hij het in die geest wil zien.

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1985 | | pagina 209