-39-
De voorzitter antwoordt met betrekking tot de opmerking van uitbreiding van
de dienst gemeentewerken dat, als men het drukken van kapitaalswerken te veel
in de begroting vervlecht, er een gat in de begroting valt als er minder in
vesteringen zijn. Dit is een probleem waar men mee moet oppassen. Daarnaast
is het zo dat het college met een organisatie-onderzoek bezig is. Hieruit zal
mede moeten blijken hoe het college invulling moet.geven. Men moet het in een
breder kader bekijken. Op de vraag van de heer Koevoets is dus niet zomaar
een antwoord te geven.
De heer Koevoets merkt op dat het college nu weet wat voor gedachten er bij
zijn fractie leven over op welke manier er toch in de toekomst een bezuiniging
te bereiken valt. Het gaat toch in de tienduizenden per jaar lopen.
De voorzitter antwoordt dat een uitbesteding zinvoller kan zijn dan een ver
lenging van het apparaat.
Bouw-toezich kan op zichzelf bijvoorbeeld wel eens zinvoller zijn dan iemand
aantrekken, omdat diegene die men dan aantrekt van diverse markten thuis moet
zijn. Vervolgens geeft hij de mogelijkheid om even afsluitend te reageren op
bijdragen ten opzichte van elkaar.
Mevrouw Verhagen merkt op dat zij graag in wil gaan op de opmerking van de
fractie van de PLF over de drie stilzwijgende afspraken die haar fractie zou
hebben geschonden. Naar de mening van de fractie van de PLF was haar fractie
na de pauze van zojuist te laat terug in de raadszaal. Zij is van mening dat
dit niet zo is omdat er geen exact tijdstip afgesproken was. Er was afgesproken
dat men omstreeks 18.10 uur weer in de raadszaal aanwezig zou zijn. Ten tweede
wil haar fractie opmerken betreffende het benoemen van de gemeentesecretaris
dat dit een schriftelijke stemming betrof. Hierbij wil zij vragen of de PLF-
fractie hard kan maken dat de CDA-fractie afwijkend heeft gestemd. Verder
vraagt zij wie de PLF-fractie het recht heeft gegeven om de voorkeur van het
ambtenarenapparaat openbaar te maken. Wat betreft het schenden van het embargo
van de algemene beschouwingen zegt zij dat, indien haar fractie aan haar eigen
beschouwingen geen embargo toekent, niemand dit kan beletten. De PLF heeft
vorig jaar aan het einde van haar beschouwingen gezegd dat zij niet meer in
de oppositie was. Nu is echter gebleken dat zij dit weer wel is.
De heer de Witte wil no even reageren op een paar uitspraken van de WD-fractie.
De fractie stelt dat de P.v.d.A door haar manier van financieren het voorziening
enniveau terugbrengt. Hij vraagt zich af waar de heer van Halderen dit vandaan
haalt. Het enige wat de P.v.d.A- fractie heeft gedaan is de suggestie om niets
aan de Beneden Molenstraat te doen. Ook de stelling van de WD dat de P.v.d.A.
te veel aan de saldi-reserve knabbelt, zodat men niets meer voor de toekomst
heeft, is volgens hem niet juist, omdat men nu al bijna niets meer van de saldi-
reserve over is. Zijn fractie blijft bij de keus, gezien het financieringsplaatj
dat zijn fractie heeft neergelegd, om alleen maar een aantal posten niet uit
te voeren en het dekkingsplan rond te maken naar de burger toe. Het bedrag
is niet zo maar uit de lucht gegrepen, want in de begroting staat dat op blad
zijde 14 dat er in 1984 al 67.300,vrij komt. Niemand van de andere fracties
en ook het college heeft zijn fractie niet kunnen overtuigen dat 5% belasting
verhoging nu al nodig is. In plaats van volgend jaar pas dit te bekijkendoet
zijn fractie het nu al.
De heer Koevoets wil allereerst een verduidelijking geven op de vraag van de
Pvd.A-fractie over wat zijn fractie bedoelt met de verlaging van 40.000,
naar 20.000,van post 830 op de begroting. Met deze verlaging heeft men
20.000,meer ruimte op de begroting. Zijn fractie gaat er vanuit, net als
de P.v.d.A fractie, dat men nu de verlaging al kan doorvoeren. Dit bespaart
in ieder geval 2% onroerend-goedbelasting. Dat is 13.000,— minder opbrengst.
Hierdoor heeft men dan toch nog 7.000,meer op de begroting.
Verder kan men dan alles in tact laten.
Wat betreft de opmerking van de C.D.A.-fractie betreffende de opvatting van
de collegevorming na de verkiezingen zegt hij, dat het duidelijk mag zijn dat
de CDA-fractie vóór de verkiezingen van 1982 nogal tekeer ging tegen de PLF.