-34- hij dat de raad zich heeft uitgesproken dat de aankoop niet zonder meer is voor uitbreiding van het gemeentehuis voor bestuursruimte of huisvesting van het apparaat. Dit is in het midden gelaten. Het college heeft in ieder geval gezegd dat men de panden wil aankopen, omdat het college vindt dat daar een oplossing moet komen. Tegenwoordig noemt men dit dan in het kader van de Stads en Dorpsvernieuwing. Het is echter helemaal aan de raad om hieraan invulling te geven. Het college heeft daarbij gezegd dat de gemeente bestuurs-en werk ruimte nodig heeft. Iets anders is dat de raad heeft gezegd dat het college het wat harder aan moet tonen. Het college zegt dan ook dat het nog even wacht. Het kan dan best zo zijn dat het college hiet niet hard genoeg kan maken. Men is echter bezig met een organisatieonderzoek waarbij het ruimtegebrek ook betrokken wordt. In februari/maart a.s. komt het college hiermee terug naar de raad. De heer Koevoets heeft nog een opmerking gemaakt over de herverkaveling van Dintelmond II. Het is zo dat de 40.000,voor tegenvallende verkopen bestemd is. In 1985 heeft men eigenlijk ook al te weinig verkocht. In feite zit men daar ook al weer met een tekort. Dit is verdisconteerd in de laatste kosten opzet. Het college hoopt dat men in 1986 voldoende kan verkopen en kan zeggen dat het toch goed gaat. Men kan dan volgend jaar aan het lastenverhoging voor de burger voorbijgaan of investeringen doen die echt voor het welzijn van de inwoners zijn. Dit is echter aan de raad. Dit zijn ook de alternatieven die er nu liggen. De reserves, die niet zo erg groot zijn, zijn er juist voor om de gemeente in staat te stellen om daar de grond te verkopen. De kans is groot dat er toch een stukje herverkaveling plaats moet vinden. Dit wil het college dan van de reserves doen, want anders zou het betekenen dat men weer een gat in de exploitatie heeft van Dintelmond. Het college meent hier toch echt helder mee te zijn. Misschien is het wel niet zo dat het zo ontwikkelt maar men hééft in het verleden zeker gebruik kunnen maken van reserves van Dintelmond. Het is op het moment echt zo dat men eens even pas op de plaats moet maken. De heer van Halderen spreekt van een belastingverhoging van 4 a 4^%. Het college blijft bij het standpunt om de belasting te verhogen met 5%. Hij meent dat men aangegeven heeft in welk kader het geplaatst is en hij begrijpt best dat men voorstelt om de belastingen minder te verhogen. Het zit natuurlijk nooit in een procentje. Het zit echter wel in een evenwichtige opbouw van wat men wil en wat de mogelijkheden zijn. Men kan dan natuurlijk iets aangeven wat er in het verleden gedaan is. Dit is de hele reeks waaraan de heer Koevoets aandacht heeft besteed. Men mag de vraag stellen of men iets wel of niet had moeten doen, maar het is zo dat de raad ertoe besloten heeft De raad vond'- dat het gedaan moest worden en heeft dan ook te maken met die uitgave. Het is zelfs zo dat na het opmaken van de begroting, uitgaven in 1985 komen die later ook weer verdisconteerd zijn. Het is een feit waar men mee te maken heeft. Men mag dit natuurlijk wel politiek constateren. De heer Koevoets merkt op dat de schuld dan niet altijd in Den Haag moet liggen. De schuld ligt ook wel eens bij de raad. De voorzitter merkt op dat hij die discussie niet aangaat, omdat het niet aan hem is. Wat betreft de opmerking van de heer van der Werf over de school gaande kinderen in Klundert merkt hij het volgende op. Hij wil er niet alleen de ouders bij betrekken maar ook de school. Het is inderdaad zo dat het reizen in verhouding met Roosendaal moeilijker ligt. Het kan zeker zo zijn dat het college nog eens een gesprek aangaat met de school en met de ouders. Men moet er echter wel rekening mee houden dat het op een gegeven moment geld kost als er een oplossing komt. Aan de raad is dan het laatste woord. Strikt genomen staat daar gewoon openbaar vervoer voor. Men kan natuurlijk altijd een gesprek voeren en daarna kijken hoe de raad tegenover de uitkomst van dat gesprek staat. Wat betreft de belastingverhoging zegt de heer van der Werf dat de raad wel zal merken waar hij wel mee accoord gaat en waarmee niet. Amendementen ziet het college gaarne tegemoet.

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1985 | | pagina 200