De stand aan het eind van de rit is volgens hem 1.500.000, Dit houdt in dat het bedrag nog niet zo slecht is wanneer men ziet dat het aan het begin 1,4 miljoen was. De financiering is volgens hem wat dat betreft verzekerd. De heer van der Werf zegt dat de financiering dan wel verzekerd is, maar men moet er rekening mee houden dat men er in de toekomst ook nog eens 2.000.000,- moet lenen. Dit moet ook uit de bedrijfsreserve gebeuren. Hij zegt dat wanneer men dat binnen 2 of 3 jaar doet, de cijfers dan geheel anders liggen. De voorzitter zegt dat de gemeente aan het woningbedrijf geld leent en het woningbedrijf betaalt rente en aflossing aan de gemeente. De heer van der Werf zegt, dat wanneer er rente betaald wordt over een bedrag van 1.000.000,en de rente 9% is datmendan uitkcrit op een bedrag van 90.000, Dit gerekend over 2 miljoen, dan levert dit 180.000,op Er is volgens hem ook nog geld bij van 10 1/4 De voorzitter zegt dat het er hem om gaat dat er aan het begin 1.400.000, aanwezig is en dat aan het eind van de uitgevoerde werken, met alle verplichtinj en die daar uit voortvloeien, de algemene bedrijfsreserve op 1,5 miljoen komt te staan. Dat is volgens hem een teken dat er redelijk geboerd wordt. Op de vraag van de heer de Vos wil hij zeggen dat er met hijskranen best de kozijnen achter de woningen gebracht kunnen worden. Zo'n kraan is echter wel erg prijzig. De heer de Vos vraagt of de voorzitter ook een excursie naar de Jan Steenstraat gemaakt heeft. Als hij dat gedaan heeft dan had hij kunnen zien dat al het hijswerk door 2 man uitgevoerd kan worden. De voorzitter antwoordt dat hij die excursie inderdaad gemaakt heeft. Daar is voor die werkwijze gekozen. Op het voorstel van de heer Nachtzaam om het voorstel terug te nemen, wil hij echter toch maar niet ingaan. Hij denkt dat het verstandiger is om het voorstel al dan niet gewijzigd aan te nemen. Met het terugnemen van het voorstel zijn de bewoners ook niet gebaat. De heer Nachtzaam zegt, dat hij dit ook bedoelde al was het misschien niet zo overgekomen. Verder wil hij er nog aan toevoegen dat het college met nieuwe argumenten komt die in de commissie Openbare Werken niet besproken zijn. Hij zegt dat het plafond uitbreken en de vloer afzagen heus niet zoveel overlast hoeft te bezorgen. Als dat met beleid gebeurt, ontstaan er volgens hem heus niet zoveel trillingen. Met het uitbreken van de kozijnen ontstaan ook dergelijke trillingen. De lateien zijn volgens hem op een eenvoudige manier aan te brengen. Dat weet hij uit ervaring. Met de nieuwste boren is dat goed te doenj Verder zegt hij dat er tegenwoordig bij enkele renovaties kunststof platen gebruikt worden. Over de kozijnen wil hij nog zeggen dat de mensen dachten dat het hard-houten kozijnen werden. Dit is echter niet zo. Het worden bruine kozijnen. Hij zegt dat er terecht niet op in is gegaan dat er dekkend geschilderd wordt aan de buitenkant. Het is volgens hem wel mogelijk dat de kozijnen aan de binnenkant geolied worden en dus bruin blijven. In overleg met aannemers is het misschien wel mogelijk om aan die wens van de bewoners te vol doen. Dat is nog voordelig, omdat het onderhoud aan de binnenkant toch voor de mensen zelf is. De voorzitter wil op de opmerking van de heer Nachtzaam over de constatering van Bouwtoezicht West- Brabant nog iets zeggen. Hij zegt dat de constatering dat de mensen niet tegen kunststof waren uit de lucht gegrepen is. Hij heeft daar behoorlijk tegen gesputterd. De heer van Halderen zegt dat hij de discussie over wel of geen stenen borstwering erg interessant vindt. Hij vindt de vergelijking me; andere plaatsen ook erg belangrijk. Het meest belangrijke vindt hij de toekomst. Hij zegt dat hij echter niet kan nalaten te vragen wat het prijskaartje van een stenen borstwering, lateien en het extra werk is. Hij vraagt of daar enig inzicht over is. De heer van der Werf wil hier wel even op in gaan Hij zegt dat het niet zo is dat men kan zeggen dat de prijs veel minder is. De prijzen kunnen iets hoger

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1984 | | pagina 98