De heer Koevoets zegt dat dit reëel is, omdat er straks lokalen verwarmd zullen moeten worden die anders niet verwarmd waren. De voorzitter zegt dat er een aantal kosten zullen komen waarvan het ministerie zegt dat zij deze niet meeneemt, omdat deze uit de exploitatie van de school behoren te komen. Hij zegt dat men dan een hele rare discussie krijgt. Een discussie die ook al een beetje speelt bij Heijningen. Bij Heijningen is de gemeente te verwijten dat slechts hoogst noodzakelijk onderhoud is gepleegd. Deze dicussie gaat in den lande ook spelen omdat er door het Rijk maar een aantal bedragen vastgesteld worden die voor de integratie voorzieningen gebruikt moeten worden. De rest moet men zelf maar uitzoeken. Hij zegt dat dit best moeilijkheden op kan leveren, maar dat de gemeente Fijnaart en Heijningen niet op deze problemen vooruit kan lopen. De raad besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders. Voorstel inzake het voorbehouden van de bevoegdheid aan de raad tot aanstelling en ontslag van de directeur van de openbare basisschool Volgnr. 84-X-125 De voorzitter zegt dat het zo is dat er een directeur moet komen. Er zijn nu twee hoofden. Het is nu zo dat de hoofden aangesteld worden door de raad. Het voorstel gaat er over dat dit ook zo moet blijven. De heer Nachtzaam zegt dat de Wet op het Lager Onderwijs van 1920 de raad bepaalt als bevoegd gezag. De Wet op de Overgangswet op Basisonderwijs bepaalt het college als bevoegd gezag, tenzij de raad anders beslist. Hij zegt dat er pas een voorstel is geweest over afvoeiing van het personeel. De voorzitter zegt dat er voor dat voorstel een nieuw voorstel voor de basis school komt. De heer Nachtzaam zegt dat er verder nog een veertigtal functies zijn waar de raad moet beslissen of ze tot de bevoegdheid van het college gaan behoren. Hij vraagt of daar ook ncgeen voorstel van komt. De voorzitter antwoordt dat hij niet precies kan zeggen welke voorstellen er zijn. Hij zegt dat hij wel kan zeggen dat men een soort kalender heeft liggen waar alle voorstellen op staan. Alle besluiten die het college moet nemen, die ook naar de raad toe moeten, zullen voorgelegd worden aan de raad. De heer Nachtzaam zegt dat het er hem om gaat wie het bevoegde gezag gaat worden over die veertigtal aangelegenheden. De voorzitter zegt dat als er een aantal artikelen zijn waar de raad zich over moet uitspreken of het college of de raad daar het bevoegd gezag is, het ongetwijfeld bij de raad komt om daar een beslissing over te nemen. De heer Nachtzaam geeft als voorbeeld artikel 30:" Het bevoegd gezag stelt de leerlingen in de gelegenheid binnen de in het schoolwerkplan vermelde school tijden op de school godsdienst onderwijs en levensbeschouwingen vorm onderwijs te geven Hij zegt dat dit zuiver een artikel is, dat onder de bevoegdheid van het college gaat vallen. De voorzitter zegt dat hij niet aanneemt dat men er nu over moet beslissen, omdat er nu een heel ander voorstel ter tafel ligt. Hij zegt dat alles waar een voorstel over moet komen, waar de raad een beslissing over moet nemen, aan de raad wordt voorgelegd. De raad besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders. Voorstel tot vaststelling van het bedrag per leerling als bedoeld in artikel 55 bis der Lager- Onderwijswet 1920 voor de periode 1-1-1985 tot 1-18-1985 Volgnr. 84-X-123 De raad besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders.

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1984 | | pagina 182