Het college vindt ook, net als de heer de Vos, dat er nogal wat vraagtekens bij deze begroting van het Streekgewest geplaatst moeten worden. Hij denkt dat het de taak van de gewestraadsleden is om er verder op in te gaan. De heer Koevoets gaat in op punt r, een brief van de tafeltennisvereniging Fijnaart en Heijningen inzake de financiële positie van deze vereniging. Hij vraagt wat het college van zins is, dit omdat de tafeltennisvereniging eerst een aantal jaren bij het college heeft aangeklopten nu ineens bij de raad aanklopt. De heer van Halderen vraagt of hij mag veronderstellen, dat wanneer deze brief ver der in behandeling wordt gesteld bij het college, dit impliciet betekent dat deze kwestie ter advisering weer terug komt in de commissie. De voorzitter antwoordt dat de heer van Halderen dit niet mag veronderstellen. Het is zo dat de kwestie al in de commissie is geweest en deze commissie een advies heeft gegeven, waarmee het college heel moeilijk uit de voeten kon. Het is niet zo dat deze brief van de tafeltennisvereniging een aantal jaren bij het college heeft gelegen. De tafeltennisvereniging leidt een aantal jaren een moeizaam bestaan. Het college heeft nu, gezien het advies wat uit de commissie is gekomen, de vrij heid genomen om een dusdanige constructie op financiële basis te kiezen, dat men: meer ruimte en meer uren krijgt. Hiermee kan deze vereniging misschien aantonen.dat deze een levensvatbaarheid heeft. De brief waarin dit staat vermeld is heden verzonden. Of deze vereniging geen levensvatbaarheid heeft zal men in augustus volgend jaar moeten constateren. Men kan dan zo niet doorgaan en men zou dan een hele andere vaste regeling kunnen hanteren, afwijkend van andere verenigingen. Het college wil een en ander voor een half jaar wel doen, gezien de adviezen uit de commissie. Daarna heeft het college echter de vrijheid niet. In dit half jaar zal men moeten kijken hoe men alles kan inpassen in de Witte Roos, maar dan zal deze vereniging toch wel op een redelijke manier moeten betalen. De heer Nachtzaam vraagt of de Tafeltennisvereniging van de Witte Roos gebruik maakt in de uren die nu vrij zijn. De voorzitter zegt, dat deze vereniging de zaal huurt tegen een huurprijs die men nu ook betaalt. Deze gratis uren worden aan de vereniging afgestaan op basis dat de zaal niet aan anderen verhuurd kan worden. De heer Koevoets vraagt of het dus de bedoeling is dat deze vereniging een proeftijd van een half jaar krijgt en dat de raad te horen krijgt wat er gaat gebeuren als deze vereniging dan nog niet functioneert. Hij zegt dat hij het wel eens is met de gang van zaken, maar dat men nu toch precedenten schept ten opzichte van andere verenigingen. De voorzitter antwoordt dat het college niet de vrijheid heeft om precedenten voor langere termijn te scheppen. Als er afwijkende regelingen ten opzichte van verenigingen worden geschapen, dan heeft de raad daar altijd het laatste woord in. Mevrouw Verhagen gaat in op punt s, een brief van het Christelijk Nationaal Vakverbond, waarin wordt verzocht om een spoedige afwikkeling inzake de kwestie Korst-NeelenStadsedijk Fijnaart. Zij vraagt of het college uit kan leggen waarom het zo lang heeft geduurd voor deze zaak afgewikkeld wordt. De heer van der Werf heeft dezelfde vraag als mevrouw Verhagen. Verder vraagt hij of deze zaak een rol heeft gespeeld bij de ruilverkavelingsbesprekingen ten tijde van de vorige gemeentesecretaris. De heer Koevoets zegt dat zijn fractie zich wel kan vinden in het antwoord dat het college heeft gegeven, maar echter niet in de termijn die er gelegen heeft tussen het verzoek en het eerste antwoord van het college. De voorzitter zegt dat het college altijd de schuld heeft. Het college heeft niet snel genoeg gereageerd. Het college heeft_>toen het de mogelijkheid daartoe had om kennis van de zaak te nemen, gereageerd. Ten aanzien van de opmerking inzake de ruilverkaveling, antwoordt hij dat hij daarover geen informatie kan geven, omdat hij er niets van af weet. De heer de Vos gaat in op punt t, een schrijven van de F.N.V. afd. Fijnaart en Heijningen waarin wordt gevraagd om te protesteren tegen de voorgenomen be zuinigingen op de W.W.V., A.B.W. en R.W.W. Hij zegt dat zijn fractie het niet eens is met het antwoord, dat het college wil gaan geven op dit schrijven. -ó-

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1984 | | pagina 171