-20-
Tenslotte: Bas bevrijd van knellende kwesties; het zijn vaak meesterwerken,
die onvoltooid blijven: het parkeerterrein bij de fortgracht, de fietspad
perikelen aan de Parallelweg om maar een paar zaken te noemen.
Bas bevrijd wij blijven buitelend over elkaar achter. Het zij zo.
Wij wensen jou en je echtgenote toe: een goede gezondheid en een otium cum
dignatie: een welverdiende rust na een boeiend bestaan.
De voorzitter geeft het woord aan de heer Koevoets.
De heer Koevoets
Ja, meneer van Dueren den Hollander, er zijn al zoveel sprekers geweest. U
bent eigenlijk de allerbeste, en daarom wil ik U niet te lang van Uw tijd
beroven om nog eenmaal te kunnen tonen dat U de beste spreker bent in deze raad.
Er is U een heleboel lof uitgestrooid. Onze fractie heeft U maar een paar jaar
meegemaakt. Dat is ons enorm meegevallen. Dit moet ik ook namens mijn fractie
genoot, gewoon bekennen en erkennen. We zijn U daar ook heel erkentelijk voor,
want een deel van onze scherpe kantjes hebt U toch door Uw filosofisch
benaderen van zaken en door vanaf het begin toenadering te zoeken, eraf gehaald.
Echt vanaf het begin was die toenadering er niet, maar deze kwam toch al
gauw en dat hebben wij zeer op prijs gesteld. Wat dat betreft zullen wij dat
toch wel missen. Wij hebben namelijk denk ik toch wel voldoende vertrouwen ge
kregen dat het na jou en met je nieuwe collega evengoed zal gaan.
Zeer benieuwd zijn we eigenlijk naar de dagboeken van je. 4
Daar heb je wel over geschreven maar daar hebben we nooit iets van gezien.
Misschien dat we in de toekomst hier toch nog eens naar kunnen kijken.
Het fietspad is ook zojuist aangehaald. We hadden het idee om het fietspad
het van Dueren fietspad" te gaan noemen, maar dat wordt een beetje te gek.
We noemen het daarom dan maar het dure fietspad", dan zit er toch nog iets van
je in. Het is jammer dat je het niet mee kan maken, maar misschien dat het er
toch nog een keer komt.
Ik wil het er eigenlijk maar bij laten. Ik ben de laatste tijd niet zo op dreef.
Hartelijk bedankt voor de samenwerking en het ga je werkelijk goed".
De voorzitter geeft vervolgens het woord aan de heer van Dueren den Hollander.
De heer van Dueren den Hollander:
Ik geloof dat het slecht zou zijn, als ik nu op de laatste vergadering- bijna bij
het vertrek van ons in deze gemeente en zeker na het aanhoren van een aantal dingen
die mij toegeworpen zijn- niets terug zou zeggen.
Ik geloof dat dat heel verkeerd zou zijn, alleen, één ding is daarbij zeer
duidelijk aanwezig; Ik heb het denk ik niet zo bijzonder gemakkelijk nu.
Punt 1 Ik heb niets van datgene dat gezegd is kunnen noteren. Het is natuurlijk
wel zo, dat het ene dat gezegd is langer blijft hangen, dan het andere. Dat is
een duidelijke zaak Ten tweede heb ik de ervaring gekregen- en dat is hardstikke^É|
vers van de bakker-dat spreken zilver is en zwijgen goud, en dat verspreken een
kwalijke zaak is. Dit laatste komt in alle partijen voor. Zeker nu en dat kunnen
we merken, is het zo, dat de partij die ik vertegenwoordig af en toe hiervan
getuigenis aflegt. Getuigenis afleggen van het verspreken. Om een en ander dan
recht te breien wordt moeilijk, vooral omdat sommige mensen niet eens kunnen
luisteren en niet de zaak juist terug kunnen draaien in de context waarin
het dient te staan. Ook dat heb ik vanavond even aangehoord. Maar dat neemt niet
weg, wanneer ik U ga danken voor al datgene wat mij nu toegeworpen is, dat ik dat
toch oprecht doe en doe vanuit de wetenschap: Ik had er helemaal niet op gerekend,
dat ik bij mijn ontslag- dat ik gelukkig zelf heb genomen- alles zodanig
over me heen zou krijgen, dat er geen enkel dissonant in te beluisteren was.
Ik geloof dan dat de mens niet kan functioneren. Ik denk dat we daar allemaal
bijzonder van doordrongen moeten zijn. Dat we niet kunnen functioneren, zonder
dat we zo nu en dan iemand echt raken. Ook in het besturen niet.
Koevoets wilde niet lang praten, zegt hij, want ik wil daarmee aangeven dat U de
beste spreker bent van de raad. Dat is gemakkelijk gezegd van Koevoets, maar
veel moeilijker ingevuld. En dat hebben we in het verleden meermalen ervaren en
dat ervaren we nu nog in de nabeschouwing, hoe anderen erover denken.
Het is dus een belasting, wanneer Koevoets mij complimenteert door te zeggen:
U bent de beste spreker in de raad.