-12-
De raad besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van
burgemeester en wethouders.
17Voorstel tot ontbinding dienstverleningsovereenkomst Sociale Zaken gemeente
Standdaarbuiten en Fijnaart en Heijningen. Volgnr. 84-VII- 81
De heer van der Werf zegt dat hij'h;et niet vreemd vindt dat dit voorstel de raad wordt
aangeboden. Hij heeft echter nog wel enkele vragen.
Hij vraagt of artikel 3 niet gehandhaafd moet worden. Hij zou haast zeggen van wel,
maar gezien de moeilijkheden die zich voor zullen doen in de toekomst met het
betreffende personeelslid zegt hij van niet. Hij vraagt welke gevolgen het hier in
Fijnaart geeft wat de personeelsbezetting betreft.
Verder vraagt hij of er niet meer kosten zijn geweest dan alleen de loonkosten. Hij zegt
dat hij zich wel kan vinden in dit voorstel. Hij vraagt of men niet enkele stappen
te ver of juist niet ver genoeg gegaan is. Wanneer er straks ontslagen moeten vallen
dan zegt hij dat men dan artikel 3 moet toepassen, wat er ook gebeurt.
De heer Nachtzaam zegt dat de vragen van zijn fractie ongeveer hetzelfde zijn, als
die vragen van de heer van der Werf.
De heer de Vos zegt dat het staatje dat in de portefeuille lag, meer inzicht gaf
dan het gehele raadsvoorstel. Hij zegt dat er in dat staatje een post overblijft van
35.000,die de gemeente Fijnaart en Heijningen volgend jaar in haar begroting
moet opnemen. Hij zegt dat dit kosten zijn, die deze gemeente in het verleden heeft
gemaakt voor de gemeente Standdaarbuiten. Dit zijn echter kosten die blijvend zijn.
Hij vraagt waar deze 35.000,eigenlijk uit bestaan. Zijn dit echt kosten die
gemaakt zijn om de gemeente Standdaarbuiten te gerieven Of betreft het misschien
een aanschaf van iets Hij vraagt of het college dit kan verklaren anders vindt
zijn fractie de afkoopsom veel te laag.
De heer van Halderen merkt op dat zijn fractie in januari 1981 al haar bedenkingen
heeft gehad tegen deze overeenkomst. Hij zegt dat het college toen heeft toegezegd
dat bij deze overeenkomst het personeelslid absoluut geen full-timer zou worden.
Hij zegt dat men nu een redenering kan opzetten. Er zijn mensen aangenomen, het werk
valt weg, er is geen twintig uur werk meer. Hij merkt op dat men hiertegen kan aan
voeren dat de hoeveelheid zaken die de afdeling sociale zaken van deze gemeente moet
behartigen aanzienlijk groot is en dat de hoeveelheid werk ontzettend is uitgebreid.
Hij citeert letterlijk pagina 2 van de notulen van destijds Het geheel wordt voor
de gemeente Fijnaart en Heijningen financiëel gunstiger. Het levert financieel voordeel
op Hij zegt dat men 3 jaar nadien moet constateren dat het geen voordeel oplevert,
maar een verliespost. Zijn fractie heeft waardering voor het feit dat het college
er in is geslaagd, door stevig te onderhandelen, 36.900,schadevergoeding
eruit te slepen, onder de voorwaarde dat de gemeenteraad van Standdaarbuiten een en
ander goedkeurt. Hij zegt dat er ondanks dat het bedrag van 35.846,40 overblijft.
Volgens hem heeft men uit de stukken kunnen begrijpen wat de redenen zijn van de
opzegging van deze overeenkomst. Deze redenen zijn volgens hem voldoende. Hij zegt
dat het desondanks een niet gemakkelijke zaak is.
Uiteindelijk is de vrees van zijn fractie van 1981 helemaal in waarheid omgezet.
De voorzitter zegt dat het financiële voordeel van deze overeenkomst uit de stukken
blijkt. Hij zegt dat door deze overeenkomst, deze gemeente een stuk overheadkosten beter
in de totale begroting kon passen. De gemeente kreeg zonder meer een verlichting van
de begroting. Als de gemeente dit had kunnen volhouden was het werk- wat men financieel
beter kan verrichten in groter verband,- voor deze gemeente voordeliger geweest.
Hij zegt dat het nu gebleken is dat die kosten in de eigen begroting moeten worden
opgevangen. De meeste van deze kosten zouden toch gemaakt moeten worden. Vandaar dat
dat voor deze gemeente alleen maar nadelig is. Anderzijds gaat het ook niet op om het
door te berekenen naar Standdaarbuiten.
De gemeente heeft zich aan een halve kracht gehouden. Wanneer het enigszins mogelijk
is, zou de gemeente hetzelfde personeelsbestand houden, omdat de werkdruk toch
nogal schrikbarend is toegenomen.
De gemeente heeft zich aan een halve kracht gehouden. Er is meer werk gekomen op
sociale zaken. Hierbij komt ook nog dat de gemeente de kracht, die men heeft aan
genomen, graag zou willen houden. Als men deze kracht zou ontslaan, dan zou men met een