i
- 12 -
Naar de mening van zijn fractie zijn er mogelijkheden genoeg.
De heer Kannekens zegt, dat hij geprobeerd heeft toen de weg is
aangelegd om een oplossing aan te dragen. Hij is blij, dat er nu
zoveel over gesproken wordt. Toen is hij steeds alleen blijven staan.
Hij zegt, dat hij thans niet anders meer tegenkomt dan dat men ge
dwongen wordt om te rijden zoals door anderen aangegeven wordt. Eigen
lijk zou het in een vrij Nederland moeten kunnen om gewoon fatsoen
lijk over de weg te kunnen rijden zoals de weg loopt. Gedwongen
rijden, zoals door anderen wordt aangegeven, gebeurt nu op dit moment
ook weer.
De heer de Vos zegt, dat dit altijd gebeurt, daar altijd de weg moet
worden gevolgd.
De heer Kannekens zegt, dat dit wel zo is, maar dat hij nu wel ge
dwongen wordt om via de kom naar Oudemolen te gaan. Wil men langs de
Langeweg naar Oudemolen dan wordt men gedwongen om door de kom te
gaan. Deze dwingelandij wil onder andere de heer de Vos toepassen
en dit is volgens hem de kwestie waarover het gaat. Naar zijn mening
dient men het fietspad te laten lopen zoals het behoort te lopen.
Gedwongen door de Beukenlaan en achter alle wallen om keurt hij af.
Het zou goed zijn wanneer de schoolkinderen ook veilig naar Oudemolei^l
zouden kunnen rijden. Gezorgd had moeten worden om de weg te hand
haven, zoals deze was. Men is er nu toe gecWongen dat dit niet meer
kan. Men moet niet gaan zoeken waar men nu aan het zoeken is. Hij zegt
lang moedwillig de Rijksweg met de fiets te hebben overgestroken
wanneer hij naar Oudemolen ging. Hij heeft dit gedaan om een keer
een bekeuring te krijgen, welke hij gelukkig nog nooit heeft gehad.
Hij zegt, dat hij het nu niet meer doet, maar dat hij het steeds
heeft gedaan om de gedwongenheid eens een keer van zich af te zetten.
De heer de Vos zegt, dat het juist het gevolg is van beslissingen uit
het verleden dat er nu iets moet gaan gebeuren. Dat het in het verle
den anders had gekund, daar zal eenieder het wel over eens zijn.
De voorzitter leest de hem ter hand gestelde motie van de Pvda-fractie
voor, welke motie wordt ondersteund door de PLF-fractie:
"De raad van de gemeente Fijnaart en Heijning^ in vergadering bijeen
op donderdag 28 april 1983:
-Overwegende dat de huidige oo stelijke aansluiting van het fietspad
langs de Parallelweg als verkeersgevaarlijk moet worden beschouwd;
-spreekt als haar mening uit: J||
dat op korte termijn een veiliger oplossing voor de oostelijke
aansluiting van dit fietspad moet worden gezocht;
-verzoekt het college van burgemeester en wethouders:
a. door te gaan met het zoeken naar oplossingen die de veiligheid
van dit fietspad verbeteren;
b. dit onderzoek niet alleen te beperken tot een oplossing met
fietsstroken naast de bestaande rijbaan, maar ook andere alter
natieven in dit onderzoek te betrekken;
c. bij dit onderzoek zowel de commissie voor Openbare Werken als die
voor Ruimtelijke Ordening te betrekken
en gaat over tot de orde van de dag.".
Hij zegt, dat in feite in deze motie staat, datgene wat door het
college is gezegd, in die zin dat wanneer de raad het voorstel van het
college niet overneemt, het college met de diverse alternatieven via
de commissies de zaak opnieuw bekijkt.
Hij zegt, dat in zoverre een motie niet nodig was geweest. Hij vraagt of
de PvdA-fractie het toch op prijs stelt om de motie in stemming
te brengen.