- 5 -
Naar zijn mening moet daarvoor gezocht worden naar een andere oorzaak.
Zijns inziens zou periodiek overleg tussen de caféhouders, de politie"
en het hoofd van de politie, de burgemeester, voor zover dit al niet
gebeurt, zinvol zijn.
Ook hij is voorstander van een sluitingstijd van 2 uur voor de vrijdag- en
zaterdagavond, waarbij te overwegen is de cafe's die tot 2 uur open
willen zijn, pas om bv8 uur open te laten gaan.
Mevrouw Verhagen pleit eveneens voor 2 uur voor de vrijdag- en zater
dagavond, eveneens bij wijze van proef.
De heer van Halderen mist in de beschouwingen twee zaken. Op de eerste
plaats het feit dat tussen 1.00 uur en 2.00 uur voot» de horeca het slecht
ste uur is en op de tweede plaats overwegingen met betrekking tot over
last voor de, omwonenden van horeca-bedrijven
De voorzitter maakt gewag van een petitie met 500 handtekeningen, welke
is ingediend. Op hetgeen de heer Koevoets heeft gefcegd merkt hij op,
dat het niet bepaald rustig is als de café's sluiten op zaterdagavond.
Daarover zijn in het verleden reeds diverse klachten ontvangen en daar
aan is ook al veel aandacht besteed door de politie. Hij betwijfelt of
de horeca-exploitanten enige invloed zouden kunnen uitoefenen op dit
gedrag. Wel is zeker dat het toezicht van de politie door een verla
ting van het sluitingsuur verminderd zal worden. Dit is een gevolg van
het besluit. Hij vraagt of de raad stemming wenst over het voorstel om
het sluitingsuur voor de vrijdag- en zaterdagavond te bepalen op 2.00 uur.
De heer van Halderen wenst de aantekening, dat hij geacht wordt te
hebben tegengestemd.
Zonder hoofdelijke stemming besluit de raad het sluitingsuur voor de
vrijdag- en zaterdagavond te bepalen op 2.00 uur.
De voorzitter merkt nog op, dat de horeca bij de uitvoering van dit
besluit een grote verantwoordelijkheid heeft en dat men bij eventuele
problemen niet bang is om deze dan hem kenbaar te maken.
5. Voorstel tot wijziging Vleeskeuringsverordening. Volgnr. 83-1-12.
Mevrouw Verhagen merkt op, dat in het voorstel de ondertekening ont
breekt.
De voorzitter zegt dat deze fout gecorrigeerd zal worden.
Zonder hoofdelijke stemming besluit de raad conform het voorstel van
burgemeester en wethouders.
6Voorstel vaststelling voorbereidingsbsluit Julianawijk. Volgnr. 83-1-6.
De heer de Vos vraagt of het gebruikelijk is om niet meer in "De Stem"
te adverteren.
De voorzitter zegt, dat dit juist is.
De heer Koevoets vraagt of dat niet in strijd is met de wet.
De voorzitter zegt dat dat niet het geval is.
De heer de Vos vraagt of dit besluit gevolgen heeft voor de bouw van
de woningen aan de Kadedijk.
De voorzitter zegt dat deze woningen gebouwd kunnen worden. Zij worden
straks in het nieuwe plan opgenomen.
Zonder hoofdelijke stemming besluit de raad overeenkomstig het voorstel
van burgemeester en wethouders.