- 30 -
De heer Koevoets merkt, dat het geen gemakkelijke weg is om iemand
te overtuigen. Het is dan naar zijn mening maar een soort Pyrrus
overwinning geweest dat in eerste instantie er een aantal mensen waren
die anders waren gaan denken.
Langzamerhand worden ze toch weer overtuigd van het andere gelijk, de
achterkant van het gelijk zou hij haast zeggen.
Hij vindt, dat het belachelijk is om een argument te horen, als zou
men door handhaving van de bestaande afrit bij de mensen op bed
kijken. Zoals de tekening en de plannen nu zijn, dan blijkt dat men
vanaf het boventrottoir ook maar twee meter van het raam af zal staan.
Naar zijn mening is dit even dichtbij als wanneer men de bestaande
afrit handhaaft. Wat betreft de afstand van het omrijden zegt hij
dat de automobilist heus geen kilometers om dient te rijden. Gegaan
kan worden via Voorstraat, Kerkring en Wilhelminastraatwanneer
men naar de kerk wil. Hij zegt, dat hier heel eng groepsbelang in
het spel is. Wanneer hiermee het algemeen belang dusdanig geschaad
wordt, dan vindt hij dit nogal grof.
De heer van de Merbel denkt, dat de heer Koevoets toch maar eens een
keer bij een andere gelegenheid dient uit te leggen wat nu eigenlijk
dit groepsbelang betekent.
De voorzitter heeft altijd gedacht, dat politiek in zekere zin toch
groepsbelang is. Het hoort algemeen belang te zijn.
De heer Koevoets vindt het hier geen zaak betreffen welke het algemeen
belang voorstaat. Er wordt bij dit punt veel te veel geld weggegooid.
In de tijd van bezuinigingen en tariefsverhogingen vindt hij dit een
onjuiste zaak.
De heer Bos merkt op, dat bij een rouwstoet een rouwauto en daarnaast
de dragers minimaal een breedte van 2,25 meter vergen.
De voorzitter brengt het voorstel in stemming.
De raad besluit met 10 stemmen vóór en 2 stemmen tegen het voorstel
van burgemeester en wethouders te aanvaarden.
Vóór stemmen mevrouw Verhagen en de heren van de Merbel, de Vos, Bos,
van Halderen, Evers, Kannekens, van der Werf, van Dis en Fakkers.
Tegen stemmen de heren Koevoets en Nachtzaam.
17Voorstel om te verklaren, dat een bestemmingsplan wordt voorbereid
voor een gedeelte van het bestemmingsplan Oost II. Volgnr. 83-111-44.
De voorzitter zegt, dat de hele uitleg betreffende dit agendapunt in
de commissies is geweest. De raad heeft daarnaast gegevens kunnen
inzien waarom het voorbereidingsbesluit dient te worden genomen.
De heer Bos zegt, dat hij in de commissie üteeds een en ander heeft
verwoord en dan in de waarschuwende zin. Hij merkt op, dat het wel
zo kan zijn dat het bouwen is gewijzigd en er een nieuw bestemmings
plan moet worden voorbereid, maar hij vindt, dat toch niet al te snel
de overeenkomst die destijds gesloten is los moet worden gelaten,
ook niet omdat één partij failliet is gegaan. Hij deelt mede, dat in
artikel 1 duidelijk staat dat Dekkers Bouwbedrijf, Holding B.V. en
Polyzathe B.V. jegens de gemeente zich ieder hoofdelijk aansprakelijk
stellen voor de gehele naleving van de overeenkomst. Als Polyzathe
en Eurowoningen de erfenis van Dekkers hebben aanvaard, dan is dat
naar zijn mening hun zaak. Hij zegt, dat wanneer hij een erfenis
aanvaardt, hiervoor belasting moet worden betaald. Wil hij dit niet
dan moet hij de erfenis niet aanvaarden. Dit geldt ook voor Euro
woningen en Polyzathe. In dit geval hadden ze de erfenis maar niet
moeten aanvaarden. Hij had liever gezien dat er niet alleen een
voorbereidingsbesluit was voor plan Oost, maar ook een voorberei
dingsbesluit voor een verlengd plan West.
De voorzitter zegt, dat dit laatste hem ontgaat.
De heer Bos zegt, dat dit een teken aan de wand is.
De voorzitter merkt op, dat de raad de gelegenheid krijgt om over het