- 9 -
tegen maatregelen van de Rijksoverheid welke leiden tot een verminderde toe
gankelijkheid van het buitengewoon onderwijs" is het volgens hem niet zo dat
de gemeente straks prompt maar de gehele gemeentekas openstelt.
De voorzitter antwoordt, dat het zo is dat de gemeente best terug kan, maar
dat het toch aan het adres van de Montinischool een zekere hoop geeft, welke
vrij groot is. De praktijk zal zijn, dat er wel een zekere versoepeling van de
circulaire komt. De gemeente zal echter toch wel tot een efficiëntere wijze
van vervoer moeten komen. De gemeente is hier reeds mee bezig, ook tezamen
met omringende gemeenten.
In de circulaire zal straks in ieder geval komen, dat ten aanzien van kinderen
die duidelijk niet met het openbaar vervoer kunnen, een versoepeling geldt
waarbij een en ander op afdoende wijze kan worden geregeld.
De consequentie zal straks in ieder geval toch moeten zijn, dat er geen terug
gang dient te komen van circa 25%. De gemeente Fijnaart en Heijningen ligt erg
ongunstig wat dat betreft.
De heer van de Merbel zegt, dat de gemeente Fijnaart en Heijningen niet echt
zo'n gemeente is die allerlei moties zomaar de wereld instuurt. Er zijn bij
voorbeeld ten aanzien van het maatschappelijk werk geen brandbrieven weggegaan,
terwijl er over de zaak best uitvoerig is gesproken. Als raad laat men in de
gemeente, naar zijn mening, maar zelden de tanden zien. Hij vindt, dat op zijn
tijd de gemeente best, naar gelang het onderwerp mag laten weten hoe men over
een bepaalde zaak denkt. Het zal betreffende dit onderwerp niet veel uithalen
in Den Haag, maar hij vindt, dat men het daar toch wel een keer moet weten
wat het standpunt van de gemeente Fijnaart en Heijningen in deze is.
De voorzitter vraagt de raad of er mee accoord wordt gegaan om de brief te
wijzigen zoals door de heer van de Merbel is voorgesteld.
De raad gaat ermee accoord.
De heer Koevoets merkt nog op, dat hij het subsidieverzoek van de VIDO-groep
bij de lijst van de ingekomen stukken mist. In februari is dit verzoek reeds
verzonden hetgeen mag inhouden dat dit schrijven toch gemakkelijk op de lijst
van ingekomen stukken had kunnen worden geplaatst.
De voorzitter antwoordt dat hij hiervan niets weet en zegt toe dat hij dit
zal nagaan.
De raad besluit overigens zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voor
stel van burgemeester en wethouders.
4Voorstel tot vaststelling van een bouwregistratieverordeningVolgnr. 83-III-3!
De heer van der Werf vraagt of het duidelijk aanwijsbaar is of er de laatste
tijd meer overtredingen zijn. Hij vraagt of met deze bouwregistratieverordening
de gemeente het doe-het-zelfwerk aan de eigen woning in de wegstaat. Hij vraagt
dit, omdat er altijd een aannemersovereenkomst dient te zijn met een aannemer.
Hij wenst zich aan de uitspraak van de raadsvergaderingen van 29 april en 24
juni van het vorige jaar te houden en zal hierom tegenstemmen.
Mevrouw Verhagen deelt mede, dat het standpunt van haar fractie na 24 juni 198.'
niet is gewijzigd. Het voorstel lezende, heeft het haar fractie wel bevreemd,
dat het standpunt van het college veranderd is na 24 juni van het afgelopenn
jaar. Graag verneemt haar fractie de reden hiervan. Haar fractie vindt nog
steeds dat een controlerende Rijksoverheidstaak niet moet worden overgeheveld
aan het gemeentebestuur.
De voorzitter antwoordt op de vragen van de heer van der Werf, dat het niet zo
zal zijn dat men zelf niet meer zou mogen bouwen.
De heer Kannekens merkt op, dat straks ieder klusje geregistreerd zal moeten
worden. Dit is namelijk het gevolg van de instelling van een bouwregistratie
verordening
De voorzitter antwoordt, dat ook een en ander geregistreerd moet worden.
De heer Kannekens zege hierop, dat dit dan wel betekent dat de klusjesman
dingen wordt ontnomen om iets te gaan doen.
De heer Nachtzaam zegt, dat een en ander wel geregistreerd moet worden, maar