- 8 -
Zoals uit deze nieuwe tekst blijkt, sta ik voor, dat wij aan de Minister onze
bezorgdheid kenbaar maken, alsmede aan de Tweede Kamer en aan de V.N.G.
In dat schrijven zou onder meer gewezen kunnen worden op de beperkte facilitei
ten voor wat betreft het openbaar vervoer, met name ook voor de leerlingen
uit onze gemeente.
Volgens mijn informaties wordt op 21 april aanstaande in de Tweede Kamer over
deze zaak gesproken, zodat er nu op korte termijn door ons zou dienen te
worden gehandeld.
Ook om die reden meen ik dat de raad de letterlijke redactie van dat schrijven
aan Uw college kan overlaten, met dien verstande, dat de raad daarna
alsnog geïnformeerd wordt.
Mede namens mijn fractiegenootgeef ik de collega-raadsleden in overweging
dit voorstel te ondersteunen".
De voorzitter antwoordt, dat datgene wat de heer van de Merbel nu voorstelt,
het college bewust niet heeft gedaan, omdat het volledig duidelijk is - ook
bij de Rijksoverheid, bij de kamerleden en bij alle insprekende instanties en
bij de V.N.G. - waar het precies om gaat. Duidelijk is welke zaken er spelen..
Het gaat om de totale bezuinigingsdanswaarbij ook het onderwijs betrokken is.'
Hij zegt dat met name in de Kamer gepleit is voor het feit om juist het buiten
gewoon onderwijs op een aantal punten minder te treffen.
Hij zegt, dat het inderdaad zo is dat 20 april over de nieuwe circulaire
gesproken wordt. De Minister is niet van plan om erg veel te wijzigen.
Ten aanzien van het vervoer zal wel wat gewijzigd worden. Er zal ook een zekere
invulling door de gemeente zelf kunnen worden gegeven. Het college vindt het
feit om nu nog eens extra te reageren in de zin zoals de PvdA-fractie voorstelt,
terwijl alle insprekende instanties goed weten waarom het gaat, niet direct
nodig
Daarnaast stelt hijdat de gemeente op allerlei terrein momenteel met kortingen
te maken heeft, zoals bijvoorbeeld het gecoördineerd bejaardenwerkWanneer de
gemeente over elke kortingssituatie, die van overheidswege wordt toegepast, een
brief gaat schrijven - terwijl dit gecoördineerd via de V.N.G. gebeurt - dan
vindt het college dit niet direct nodig. Hij zegt dat dit niet wegneemt dat
datgene dat de heer van de Merbel naar voren heeft gebracht, op zich eigenlijk
100% juist is.
Mevrouw Verhagen deelt mede, dat haar fractie het voorstel van de heer van de
Merbel toch wel graag wenst te ondersteunen, omdat ze dit duidelijk iets anders
vindt dan het korten op het maatschappelijk werk, de bejaardenzorg enz.
De toegankelijkheid tot de scholen moet in ieder geval niet verminderd worden.
Misschien moet er wel in een zekere mate een verandering komen.
De heer Koevoets deelt mede, dat zijn fractie het voorstel van de PvdA-fractie
ondersteunt. Zijn fractie vindt het geen goede zaak om mensen met een handicap
met het openbaar vervoer te laten rijden, en daar in feite op te bezuinigen.
Van de andere kant moet er goed worden gerealiseerd, dat de gemeente een en
ander niet zal kunnen betalen wanneer het rijk bij het oude standpunt blijft.
Het voorstel, ^oals de heer van de Merbel naar voren heeft gebracht, geeft zijn
fractie meer bevrediging dan het ontwerp-antwoord van het college.
De voorzitter antwoordt, dat de raad met de brief zoals de heer van de Merbel
dit voorstelt, de consequentie vrijwel aanvaardt, dat de raad in geval van be
zuiniging gaat betalen.
Hij stelt, dat de raad dan vrijwel niet meer terug kan. Ten aanzien hiervan
zegt hij dat het niet direct de brief naar het Rijk is die hiervoor zorg draagt,
maar de brief die uitgaat naar de Montinischool
De wijze waarop een en ander door de heer van de Merbel is geformuleerd, lijkt
hem een vergaande toezegging van de zijde van de gemeente.
De heer van de Merbel zegt, dat met hetgeen hij voorstelt om op te nemen in de
brief zeerzeker niet vergaande toezeggingen worden gedaan. Hij heeft gezegd
dat er nog geen definitieve uitspraken kunnen worden gedaan, hetgeen toch veel
ruimte open laat. Ook met de zinsnede "Wel spreken wij ons in beginsel uit
l