De heer van de Merbel voelt veel voor het punt van de heer Koevoets dat de weg zo gemaakt dient te worden, dat niet hard gereden kan worden. In deze vergadering wordt naar zijn mening nogal eens geroepen over het feit, dat de mentaliteit van de weggebruikers veranderd zou moeten worden. Hij stelt, dat deze mentaliteit gewoon niet te veranderen is. Gedacht kan daarom worden aan het punt om iets te doen aan de weg zelf. Hiertoe zal men uiteindelijk toch gedwongen zijn. In dit opzicht onder-schrijft hij datgene wat de heer Koevoets naar voren heeft gebracht. Hij is blij met de toezegging van het college, dat deze zaak wellicht toch in de commissie Ruimtelijke Ordening aan de orde zal komen. De voorzitter zegt, dat er over een aantal zaken betreffende de verkeersveilig heid adviezen binnenkomen. Deze zullen op een rij worden gezet en het zal dan zeer zinvol zijn om er vervolgens met de commissie Ruimtelijke Ordening over te praten. Hij tekent hierbij wel aan dat er zaken zijn, waarbij makkelijker het probleem kan worden opgeroepen, dan opgelost. Zaken lijken soms eenvoudig, maar wanneer men ervoor staat dan kan het toch vaker heel wat moeilijker uitvallen. Hij merkt verder nog op, dat er in feite in de gemeente Fijnaart en Heijningen nauwelijks een verkeersprobleem is. Hij is het met de heer van de Merbel eens, dat het probleem betreffende de mentaliteit zeer moeilijk te veranderen is. Toch is het zo dat de verkeersonveiligheid vaak een gevolg is van mentaliteit. Hij vindt dit eigenlijk wel een beetje betreurenswaardig. Mevrouw Verhagen vindt, wanneer gezegd wordt, dat de mentaliteit moeilijk meer te veranderen is en dat daarom maar gebods- en verbodsborden moeten worden ge plaatst, dat dit niet de goede weg is. Naar haar mening moet steeds worden ge probeerd om de mentaliteit van de weggebruiker te veranderen. Ze denkt dat de weggebruiker meer verantwoordelijkheid bijgebracht dient te worden. De voorzitter denkt, dat de circulaire van het Ministerie van Verkeer en Water staat inzake de 30 km/h-regeling hedenavond zijn dienst al heê'ft bewezen. Er wordt ruimschoots over gepraat, hetgeen een goede zaak is. De heer van de Merbel zegt ten aanzien van punt t^, een schrijven van de O.C. Montinischuol te Roosendaal betreffende de vervoerskosten artikel 13 van de Lageronderwijswet 1920, het volgende: "De ouders, in dit geval de Oudercommissie van de Montinischoolspreken ons als raad aan op onze mede-verantwoordelijkheid voor het buitengewoon onderwijs, waar het gaat om kinderen uit onze gemeente. Mijns inziens doen ze dat terecht. Vanuit die verantwoordelijkheid bezien ben ik van mening, dat wij de brief van deze ouders niet kunnen afdoen op de toch wel erg simpele wijze waarop Uw college ons dat nu voorstelt. De door Uw college opgestelde concept-brief is in wezen een nietszeggend antwoord. Er wordt in herhaald wat die ouders zelf allang weten en wellicht zelfs veel beter weten dan wij. Beter kunnen aanvoelen in elk geval. Mijn voorstel is om de brief aan de Oudercommissie als volgt te wijzigen en aan te vullen. De laatste zin, luidend dat wij vooralsnog geen nadere uitspra ken kunnen doen, wil ik laten vervallen en daarvoor in de plaats wil ik de volgende tekst aan Uw concept—brief toevoegen. "Vooralsnog kunnen wij over deze aangelegenheid geen definitieve uitspraken "doen "Wel spreken wij ons in beginsel uit tegen maatregelen van de rijksoverheid "welke leiden tot een verminderde toegankelijkheid van het buitengewoon onder lijs "Van dit standpunt zullen wij ook doen blijken middels een schrijven aan de "Minister van Onderwijs en Wetenschappen, van welke brief wij een afschrift "zenden aan de Voorzitter van de Tweede Kamer en aan de Vereniging van "Nederlandse Gemeenten. Het komt mij voor, dat wij met deze tekst een echt antwoord op de brief van de ouders geven, althans een duidelijk signaal, dat ook wij als mede-verant woordelijke gemeenteraad zorg hebben voor de gevolgen van de bezuinigingen die de rijksoverheid kennelijk in petto heeft in de sector van het buitengewoon onderwijs.

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1983 | | pagina 39