Mijnheer de voorzitter, Allereerst onze donk voor de tijdige toezending van de stukken waaraan door het ambtelijk apparaat mede de nodige zorg is besteed. Wij zijn tevreden met het aanvangstijdstip van deze vergadering omdat het vorig jaar wel wat erg lang duurde en daardoor zinnige besluitvorming in gevaar bracht. Mijnheer de voorzitter als we het afgelopen jaar overzien dan kunnen we constateren dat de verhoudingen binnen de raad zich genormaliseerd hebben. De scherpe kantjes zijn eraf. Ook de P.L.F. raakt ingewerkt. Die goede verhoudingen binnen de raad stellen wij op prijs omdat van daaruit gewerkt kan worden aan het belang van de gemeente waarvoor wij in de Raad zitting hebben Vanuit die invalshoek vinden wij dat met name de, mag ik het zo omschrijven, "soms als autoritair overkomende uitspraken" van de raadsvoorzitter wel eens emoties oproepen die niet nodig zijn. Aan het hoofd van de gemeente staat nu eenmaal een Raad. En als deze in zijn vergadering wel eens andere zaken wil, danwel een opmerking maakt, die het college danwel de raadsvoorzitter minder prettig overkomen dan dient niet zo 'leiding' gegeven te worden als U wellicht in een vorige functie deed. Wij zijn ons ervan bewust dat U wellicht dit geen aardige opmerking vindt. Echter wij meenden toch in het openbaar deze opmerking te moeten plaatsen, omdat Uw optreden zich niet alleen beperkt tot wat zich in deze raad afspeelt. Mijnheer de voorzitter komen we thans toe aan de beleidsnota, zien we dat U op de allereerste pagina zich', een groot aantal vragen stelt die door Uw college niet beantwoord worden. Gaarne zien wij van Uw college hieromtrent in de eerste helft van 1984 een beleidsvisie tegemoet. Daar waar U schrijft dat 'onze financiële positie nog redelijk gezond is' zouden wij graag uitleg ontvangen over het woordje nog. Immers de primitieve begroting ten opzichte van 1983 verbetert met f. 80.000,ondanks kortingen door de Rijksoverheid, die wie wel decentraliseert maar niet meer middelen daarvoor aan de gemeenten verstrekt. Als U bedoelt dat de overschotten op de rekeningen in de toekomende jaren beduidend minder zullen zijn dan kunnen we dat met U eens zijn. Maar zoals de zaken thans door U worden voorgesteld verlangen wij een nadere toelichting. Het beschikken over 2 ton voor Dintelmond uit de saldireserve die in de afgelope jaren 1978 tot en met 1981 toenam tot 1,3 miljoen vinden wij een beetje zonde van het geld. Natuurlijk Dintelmond is een niet gesubsidieerd terrein, en het zal wellicht niet anders kunnen gelet op het alternatief van een stijgende prijs per vierkante meter grond. Echter wij ontkomen niet aan de indruk dat er een motor is weggevallen, vandaar deze concrete vraag. Welke activiteiten werden ondernomen om grond te verkopen Welke acquisitie is gepleegd of werd een pas op de plaats gemaakt Wij zij^ de mening toegedaan van Uw college alle mogelijk

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1983 | | pagina 270