op de Springplank", waardoor men dacht dat het slecht gaat cp de Springplank.
De feiten zijn echter, dat de norm op dit mement 121 is en dat men er dit jaar
cp de Springplank beneden komt. Zou de oude nerm gelden, dan zou ock volgend
schccljaar - zij het een boventallige kracht - de vijfde kunnen werden gehouden.
Wanneer gesteld wordt dat de nieuwe nerrn 128 is, dan merkt hij cp dat de schccl
er 16 onder mag blijven. Deze week is er een generaal parden veer de leer
krachten afgekomen. De kleuterschccl telt bijna 50 leerlingen. Dit jaar gaan
er veel van schccl af en kernen er betrekkelijk weinig in de eerste klas. Volgend
jaar is echter de situatie precies andersom, omdat er dan sprake zal zijn
van 12 leerlingen winst.
De vijfde leerkracht zal er hierdoor zijn en blijven.
Hier kan eigenlijk best vanuit worden gegaan. Hij vindt het daarom een beetje
jammer dat er in het antwoord staat: "Daarmee zit men ruimschoots ender
het grensgetal".
Dit is wel waar, maar hij merkt op dat er cck andere regelingen zijn.
Het antwoord van het college is goed bedoeld, maar hij merkt op dat een en
ander tcch een beetje verkeerd in de pers is gekomen.
De voorzitter antwoordt dat het zc is dat raadsleden vragen stellen, en dat
deze dan antwoord krijgen van het college. Men weet dat deze vragen en ant
woorden cok naar de pers gaan en dat er huis aan huis post is.
Het kan zijn dat zaken in een andere context worden opgenomen door de pers.
Dit kan de pers niet worden aangerekend, daar dit te maken heeft met hoe
mensen dingen vragen, of zaken opsturen naar de pers. De personen die de
vragen stellen, de vragen beantwoorden, of het geheel in de publiciteit
brengen kunnen hier niet altijd wat aan doen.
De heer Koevcets wil eigenlijk met zijn betocg laten blijken dat het helemaal
neg niet zc slecht gaat met de Springplank.
De vijfde leerkracht en het noodlckaal zullen in de toekomst gewoon nodig
blijven
De voorzitter weet niet of dit laatste zc zal zijn. Hij merkt op dat het in
ieder geval zo is dat het heus niet slecht gaat met de Springplank. Momenteel
treedt echter geen nieuwe situatie op.
Hij merkt vervolgens op dat er nog een vraag is geweest van de heer Kcevcets
inzake de woningbouwvereniging, te weten in de raadsvergadering van 27 oktober
1983.
De heer Kcevoets dankt het college voor het antwoord. Hij hoopt dat de heer van
Halderen nu ziet dat het wel degelijk gemeentelijk beleid was, waarover hij het
de vorige raadsvergadering had.
De heer Koevcets zegt met betrekking tot de plannen tot het houden van een
nieuwjaarsreceptie dat hierover geen voorstel is gekomen. Hij vraagt cf dit neg
doorgang gaat vinden. Hij neemt aan van niet, gezien hetgeen het F.N.V. bij
schrijven naar voren heeft gebracht.
De voorzitter antwoordt dat de zaak in de commissie Bestuurlijke Aangelegenheden
is behandeld. Gezegd is steeds, dat wanneer hier geeri eensluitend positief
advies zou komen, dat er dan geen voorstel aan de raad zou worden voorgelegd.
Het college is daarom dan nu ook niet met een voorstel gekomen.
De heer van Dueren den Hollander merkt op dat toen deze zaak in het college aan
de orde kwam, men deze zaak teen had moeten smoren. In het kader van de
bezuinigingen had dit naar zijn mening nooit allemaal moeten gebeuren. Een en
ander had in ieder geval binnenskamers dienen te blijven.
De voorzitter antwoordt dat het college in deze de mogelijkheden dient af te
tasten. In dit geval is alles buiten context naar voren gekomen. In de pers
leest men op een gegeven moment bepaalde dingen, terwijl er op dat mement
dan eigenlijk nog maar slechts sprake is van een voorstel. Het betreft dan
helemaal nog geen besluit.