- 8 - De heer Koevoets merkt op dat wanneer er te verhalen is, het inderdaad geen punt is, ook voor iemand met een eigen vermogen. Als er echter geen verhaal te verkrijgen is, dan zou iemand met een eigen huis er financieel flink cp achteruit kunnen gaan ten opzichte van iemand die geen cent heeft. Dit zou niet logisch zijn. Dezelfde bewoners zouden door dezelfde ramp andere financiële gevolgen te verwerken krijgen. De ene burger zou de armoe ingestort kunnen werden, terwijl de andere burger er niet financieel op achteruit gaat. Dit dient te worden voorkomen. Wethouder van Dis merkt op dat in het verleden steeds zo is geweest dat bij plaatsgevonden rampen er steeds een rampenregeling op overheidsniveau gekomen is. In een dergelijke regeling worden dingen gefinancierd. De voorzitter merkt op dat hij bij de beantwoording cck "cp dit feit gedeeld heeft. Wat er nu dan ook ingezet wordt, een en ander zal geen effect hebben met betrekking tot dit punt. Is er sprake van een ramp dan worden inderdaad op landelijk niveau zaken geregeld Op landelijk niveau zal er naar een schadeoplossing gezocht werden. Zet men er nu levensonderhoud in, dan wil dat neg niet zeggen dat men ook niet veer andere kosten aangesproken kan werden. Met wordt met het vermelden van levensonderhoud in het plan neg niet gevrijwaard van andere kosten. Het woord kan wel in het plan werden gezet, maar van vrijwaring van andere kosten hierdoor is dan niet direct sprake. De heer van Halderen vindt het gevaarlijk cm levensonderhoud slechts te beperken tot eten en drinken. Kijkt men naar de bepalingen van de Algemene Bijstandswet dan zit er in een ABW-uitkering cck een stukje woonlasten De heer Kannekens merkt cp dat op bladzijde 10 en 11 een aantal objecten wordt genoemd, waaronder scholen, feestzalen en dancings. Hij vestigt in dit verband toch graag cp het Bandencentrum, heek Eerste Kruisweg - Langeweg. Door dit bedrijf kan een ramp ontstaan. Hij vindt het raar dat een dergelijk bedrijf zc dicht bij de kom helemaal niet genoemd staat. De voorzitter wijst er op dat er staat: "Tot deze objecten beheren onder andere". Hij merkt cp dat het college er niet zc veel voor voelt cm, wanneer een indivueel raadslid een bepaald object gevaarlijk vindt, direct het betreffende object maar cp te nemen. De heer Kannekens antwoordt dat de voorzftter toch niet denkt dat er hier sprake is van het feit dat één individueel raadslid de bandenmarkt gevaar lijk vindt. Hij merkt cp dat het geween een feit is dat de bandenmarkt gevaarlijk is. De voorzitter zegt dat het college uitgaat van objecten waar nogal wat mensen bij elkaar komen. Deze gebouwen zijn met name genoemd. De heer Kannekens gaat vervolgens in op hetgeen geschreven is ever het opperbevel op bladzijde 18. Hij merkt cp dat er in 1940 ook een opperbevel was in de gemeente, welk bevel lag bij de burgemeester. De betreffende burgemeester was teen echter overspannen, cp het mement dat de ramp er was. Hij vraagt wat er nu gaat gebeuren wanneer het in de toekomst bij een ramp de betrekken mensen beven het heefd groeit. De voorzitter antwoordt dat het uiteraard prachtig is om een regeling te maken zoals nu geschiedt. Wettelijk dient deze regeling ook vastgesteld te zijn. Hij merkt op dat de praktijk, cck bij kleinere zaken, vaak al anders is Ook de wijze van advisering en de mensen die er bij betrekken raken, is altijd anders dan men cp papier voorstelt. Hij deelt mede dat hij toch wel gelukkig is dat alles op papier staat, met name voer de nadere uitwerking straks. Iedere dienst dient straks alles goed uit te werken. Een goede zaak is dat alles duidelijk op een rij w<^rdt gezet.

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1983 | | pagina 245