- 6 -
In wezen dient hierdoor te worden gekozen uit de twee eerstgenoemde zaken.
Via de voorzitter zou zij aan de heer van Halderen willen vragen hoe hij komt aan
het feit dat het C.D.A. een commissie ex artikel 61 der gemeentewet zou wensen.
Haar fractie zou niet weten hoe de heer van Halderen hier aan komt. Tijdens de
fractievergadering beschikte haar fractie wel over het rapport, maar nog niet over
de door het college hierbij geproduceerde stukken. Het is hierom helemaal niet
onmogelijk dat haar fractie straks nog een schorsing zal vragen om toch nog eens
na alle beantwoordingen te overleggen voor welk alternatief gekozen moet worden.
Sinds afgelopen donderdagavond - en toen werd het voorstel aan de raad aangeboden -
heeft haar fractie geen mogelijkheid gezien om een extra fractievergadering te
beleggen en het standpunt in het gehele materie te bepalen.
Ze merkt op dat de heer van Halderen ook gemeend heeft te moeten zeggen dat een
verdere subsidiëring niet haalbaar is. Zij zou via de voorzitter van de heer van
Halderen willen vernemen hoe hij aan een dergelijke stelling komt.
Graag zou ze van het college willen vernemen, voordat de raad een besluit in deze
materie zal nemen, of het college een bepaalde voorkeur heeft over hoe het verder
moet in de toekomst. Haar fractie neemt aan dat het college met betrekking tot U
de genoemde punten in het voorstel onder a, b en c wel een zekere voorkeur zal
hebben
De voorzitter merkt op dat de heer Nachtzaam namens zijn fractie heel duidelijk
dingen naar voren heeft gebracht waarom hij dingen wel en niet vindt die in het
rapport staan. Met zaken door hem naar voren gebracht, kan door eenieder rekening
worden gehouden bij de besluitvorming. Hij merkt op dat hij van de P.L.F.-fractie
een reactie heeft gemist op het pre-advies van het college. Een dergelijke reactie
is voor het college en ook voor de overige raadsleden van belang, zodat men weet
in wat voor richting er gedacht wordt.
Hij deelt mede dat de heer van Halderen duidelijk stelt dat zijn fractie geen voor- I
stander is van een commissie ex artikel 61 der gemeentewet. Zijn fractie zal wel
voorstemmen indien de meerderheid van de raad een dergelijke commissie wenst.
Hij merkt op dat wanneer de heer van Halderen in deze geen voorstander is van
een commissie ex artikel 61 der gemeentewet, hij ook iets anders zou kunnen voor
stellen. Dit heeft hij echter in het betoog van de heer van Halderen gemist.
De opmerking van de heer van Halderen betreffende de kosten is hem niet helemaal
duidelijk. Of dat men nu een commissie ex artikel 61 der gemeentewet heeft, of
welke bestuursvorm dan ook, op een gegeven moment zal er een gemeenschapshuis
moeten zijn dat betaalbaar is.
Het is niet zo dat, welke bestuursvorm men ook kiest, het bij een bepaalde bestuurs
vorm hoort dat de zaak kan draaien. Dit laatste zit uiteraard niet alleen in de
bestuursvorm, maar zeker ook in hele andere zaken.
De heer van Halderen gaat bij interruptie in op de kosten. Hij zegt dat het eenieder
duidelijk moet zijn dat wanneer het gaat om een commissie ex artikel 61 gemeentewet,
het zo is dat wanneer het dak lekt, de directeur gemeentewerken opdracht krijgt
om er heen te gaan en zijn mensen aan het werk te zetten.
Op dit moment is het zo dat bij het eerste signaal dat het dak lekt, zich één van
de leden van het Dagelijks Bestuur naar de Witte Rcos spoedt, zijn bevindingen
doet en terstond opdracht geeft tot herstel
De voorzitter merkt op dat hij het verschil dan niet begrijpt.
De heer van Halderen antwoordt dat het bestuurslid vcor niets gaat, terwijl de
directeur gemeentewerken hiervoor betaald wordt.
Wethouder Fakkers merkt op dat dit onzin is.
De voorzitter wenst verder te gaan met de beantwoording. Hij wenst het te proberen
om de behandeling van dit agendapunt binnen de termijnen te houden, zolang dit
enigszins kan.
De heer Kannekens zegt hierop dat wanneer er nog meer van zulke onzinnige praat
verkocht wordt, hij toch wel graag wil interrumperen.
De heer van Dueren den Hollander is het in deze met de heer Kannekens volledig eens.