-2-
Het is niet zo dat men geen mest meer mag uitrijden.
De heer Nachtzaam bedankt het college namens zijn fractie voor de wijze
waarop het heeft gereageerd op de klachten van bewoners in deze. Hij vraagt
of het college al reacties heeft ontvangen van de Land- en Tuinbouw
organisaties die aangeschreven zijn.
De voorzitter antwoordt dat het college nog geen reacties heeft ont
vangen. Hij merkt nog op dat het er om gaat dat men met elkaar op een
bepaald gebied moet kunnen leven. Het dient mogelijk te zijn dat agrariërs
hun bedrijf kunnen uitoefenen. Anderzijds dient er rekening gehouden te
worden met de inwoners.
De heer Bos merkt op dat alles heel eenvoudig opgelost had kunnen zijn,
wanneer alles direct na verspreiding zou zijn omgeploegd.
De heer Kannekens gaat in op punt _i, een overzicht van bejaarden per ge
meente, provincie en nodaalgebied 1-1-1981 (en 1-1-1976) uitgegeven door
de Stafafdeling Statistiek van het Ministerie W.V.C. Hij zou graag willen
weten wat een nodaalgebied is en wat "nodaal"betekent
De voorzitter antwoordt dat hij het niet weet. Het college zal het navrA
gen en de heer Kannekens zal nog nader bericht krijgen.
De heer Nachtzaam deelt mede dat zijn fractie het informatiebulletin van
de P.v.d.A. Fijnaart en Heijningen augustus 1983 een pracht stukje werk
vindt. Zijn fractie mist echter toch wel het gebied van Oudemolen, omdat
hier op de weg richting Klundert toch wel met grote snelheid wordt gere
den. Verder mist zijn fractie enige suggesties aangaande de trap bij de
hoek Molenstraat-Voorstraat.
Deze trap komt namelijk uit op het smalste en gevaarlijkste gedeelte van
de Molenstraat.
De voorzitter dankt de heer Nachtzaam en hij merkt op dat misschien ande
ren een gat in de markt hebben gevonden om hier iets aan te doen.
De heer Nachtzaam merkt met betrekking tot punt vervoer leerlingen bui
tengewoon onderwijs, op dat het zijn fractie toch wel spijt dat het parti
culier vervoer is geworden, dit ten koste van arbeidsplaatsen in Fijnaart.
In het schrijven wordt gesproken van firma's. Deze firma's zijn volgens
hem eigenlijk gek genoeg om voor een uitgeknepen prijs te rijden. Hij
vraagt wat de gevolgen voor de gemeente zijn, wanneer deze firma's niet
meer zo gek zijn om voor deze uitgeknepen prijs te rijden.
De voorzitter merkt op dat de raad de gehele situatie heeft gezien, hoe
een en ander uitgespeeld wordt tussen ministeries. Het is zuiver politie!^
wat hier nu aan de orde is. Hij vraagt zich af of er nu zo gehandeld moet
worden, dat uiteindelijk de ministeries het niet met elkaar eens zijn en
dat de gemeenten met de vervoersbedrijven een beetje over het vervoer ten
behoeve van de betreffende leerlingen mogen stoeien.
Hij merkt op dat dit allemaal over de hoofden van de betrokken kinderen
en de daarbij betrokken gezinnen gaat. Het college wil in ieder geval heb
ben dat er van het jaar rust naar de gezinnen toe is. Verder wil het een
regeling betreffende het vervoer hebben, die verantwoord is voor de men
sen. Het vervoer dient zo geregeld te zijn, dat het ook kan. Het college
wil tenslotte zo voordelig mogelijk uitkomen, omdat de gemeente er niet
al te veel op wil toeleggen.
Het college is er helemaal niet zo gelukkig mee dat alles zo gegaan is,
zoals nu is gebeurd. Het is op zich niet zo gelukkig dat er nu een scher
pe concurrentiestrijd moet ontstaan tussen de Vervoerders inzake deze
kwestie
Belangrijk is in ieder geval dat de gemeente een regeling heeft weten te
treffen voor de kinderen die volkomen verantwoord is. Er kan daarbij ook
in elk geval aanvaardbaar ten opzichte van de gemeentekas worden gehandeld.
Door de heer van Halderen is naar voren gebracht dat een en ander officieel
had moeten worden vastgesteld. Hij merkt op dat wanneer de notulen van de
raadsvergadering van 28 juli 1983 worden bekeken,dit inderdaad zo is ge
zegd