- 25 -
De raad besluit hierna met 6 stemmen vóór en 5 stemmen tegen het
voorstel van burgemeester en wethouders te aanvaarden
Vóór stemmen de heren van de Merbel, de Vos, Kannekens, van der
Werf, van Dis en Fakkers.
Tegen stemmen mevrouw Verhagen en de heren Koevoets, Nachtzaam, van
Dueren den Hollander en Evers.
11Voorstel vaststelling van de wijze van vervoer en de daarmee samen
hangende vergoeding van vervoerskosten voor leerlingen van scholen
voor buitengewoon onderwijs. Volgnr. 83-VI-76.
De voorzitter merkt op dat het hier een voorstel betreft dat de
raad wat laat heeft ontvangen. Het besluit, dat wel klaar was
maar dat om wat voor reden dan ook vergeten was om in de enveloppe
te stoppen, hebben de raadsleden hedenmiddag ontvangen. Hij merkt
op dat er wel niet veel anders in staat als het voorstel, maar dat
hij het toch wel beter vond dat de raadsleden het besluit hadden.
Hij heeft de indruk dat het college redelijk duidelijk is in het
pre-advies
De heer van der Werf deelt mede, wanneer hij het goed begrepen
heeft, dat de ouders van de betreffende leerlingen nog niet zijn
ingelicht over het voorstel. Er is nog geen onderhoud met de
ouders geweest. Wanneer straks het onderhoud met de ouders is
geweest en er zouden wijzigingen inkomen, dan vraagt hij of de
raad er op kan rekenen dat hij dit verneemt.
Met het voorstel op zich heeft hij niet zoveel moeite.
Graag zou hij op een later tijdstip willen vernemen hoe de bespre
kingen verlopen met de ouders en de taxi-ondernemers enzovoorts.
De heer van de Merbel aagt dat er hedenavond van de raad wordt
verwacht om een regeling te treffen voor het vervoer van de
betreffende leerlingen. Zijn fractie vindt het jammer, dat in
het voorstel nog geen melding kan worden gemaakt van de instemming
van de betrokken ouders. Dit zou de besluitvorming voor de raad
uiteraard een stuk eenvoudiger maken.
Het zou volgens zijn fractie, door de meeste van de ouders toch
wel als juister ervaren worden, wanneer er vooraf al wat overleg
met hen zou zijn geweest. Thans zullen ze te maken krijgen met een
mededeling omtrent een raadsbesluit achteraf.
In het voorstel vindt zijn fractie een beetje terug, de werkwijze
zoals die de regeling zich misschien meent te kunnen veroorloven,
door min of meer bij decreet te werken. Hij denkt dat men als
plaatselijke overheid, dicht bij de mensen staand, hier bijzonder
voor moet oppassen. Op deze manier zou men deze indruk kunnen
wekken. Omdat zijn fractie het gevoelen van de betrokken ouders
en andere betrokkenen niet kent, heeft zij er moeite mee om nu in
te stemmen met een regering waarvan het karakter wat definitief
zou zijn. Hij kan in het voorstel namelijk niets terugvinden
omtrent enig voorbehoud, dat het college met nadere voorstellen
komt wanneer daartoe, gehoord de opvattingen van de betreffende
ouders, aanleiding bestaat.
Het lijkt hem logisch dat zoiets wel zou gebeuren, maar hij had
hier al graag wat kanttekeningen bij gezien.
Zijn fractie wil meewerken aan een regeling, want vóór 1 augustus
dient er duidelijkheid te zijn. De raad kan nu dus niet besluiten
om het college het huiswerk mee terug te laten nemen. Er dient dus
nu iets gedaan te worden. Zijn fractie wil daarbij wel uitdrukkelij1
vastgesteld zien, dat de nu vast te stellen regeling een voorlopig
karakter draagt, met dien verstande dat de raad zich in ieder geval
ontvankelijk verklaart voor redelijke wensen van de direct
betrokkenen, voor zover daarmee een verbetering van de nu vastge
stelde regeling wordt beoogd.