- 77 - gemeentebegroting zou slaan, warneer daar rekening mee gehouden zou werden. Hij stelt, dat thans de gemeente voor het uitgebreide dienstenpakket, een bedrag van f 10,02 betaald, hetgeen teruggevonden kan worden in artikel 35a leden 3 tot en met 5. Geconcludeerd kan worden dat het thans goedkoper is. Hij vindt, dat wanneer van de zijde van het Streekgewest gegarandeerd wordt dat de huidige gemeenten die deelnemen in de D.G.D. Roosendaal hetzelfde dienstenpakket houden, dat dit ook gewaarborgd moet zijn naar de gemeenten toe. Hij stelt, dat dit laatste niet het geval is, hetgeen duidelijk naar voren komt in het kostenplaatje. Hij zegt, dat deze onduidelijkheden en onzekerheden hem ertoe hebben geleid dat hij nu voorstelt om te besluiten tot "nee, tenzij". Het stelt dit voor met de wetenschap dat als de raad van Fijnaart en Heijningen "nee" zou zeggen de gemeente het diensten pakket handhaaft dat het thans heeft. Hij is van mening, dat binnen nu en één jaar best besluiten kunnen worden genomen die duidelijkheid geven richting gemeenteraad. Wethouder van Dis zegt wat het inhoudelijke facet betreft, dat wethouder Fakkers veer een heel groet gedeelte eigenlijk wel gelijk heeft in de punten die hij naar voren heeft gebracht. Hij vindt wel, dat er op een gegeven moment eigenlijk wel andere dingen tegen elkaar i dienen te worden afgewogen. Gemeenten, waarender Fijnaart en Heijningen zitten in een gemeenschappelijke regeling. Hij zegt, dat het zó is dat alle gemeenten, behalve Fijnaart en Heijningen, hun instemming reeds hebben betuigd. Hij is van mening, dat wanneer de gemeente zich hier nu tegen zou verzetten, men toch wel op de een of andere manier de oude dienst een beetje leeg laat vloeien. Hij ziet dan geen enkele garantie dat dan ook het maximale dienstbetoon gehandhaafd zal blijven. Integendeel, hij is van mening dat men wel een oplossing zal vinden, ook al is één gemeente tegen. Op een gegeven moment zal de gemeente met hangende pootjes terug moeten komen en hij vindt dat dit vermeden dient te worden Wethouder Fakkers zegt, dat het niet het geval is dat de dienst zal leegvlceien. Hij vindt dit een onjuiste voorstelling van zaken. De voorzitter denkt, dat noch wethouder van Dis, noch wethouder Fakkers een duidelijke voorstelling zal kunnen hebben hoe een en ander verder verloopt. Op de vraag van de heer Koevoets antwoordt hij neg dat datgene dat wordt voorgesteld en als zodanig omschreven staat in het voorstel het meerderheidsvocrstel van het college betreft. De heer Koevoets neemt aandat de motivatie die in het minderheidsvocrstel van wethouder Fakkers staat aan het Streekgewest medegedeeld gaat worden ingeval de raad i besluit het minderheidsvoorstel aan te nemen. Is dit niet zc, dan zou het naar zijn mening geen enkele zin hebben om nu tegen het meerderheidsvcorstel te stemmen. Het minderheidsvocrstel zorgt naar zijn mening toch wel voor een werking in de toe komst. Hij ziet hierom het voorstel van wethouder Fakkers heus niet zo droevig in. Mevrouw Verhagen concludeert uit de woorden van de collegeleden dat er toch nogal wat onduidelijkheden zijn. Gezegd wordt door de meerderheid van het college dat het ondanks dat toch onverant woord is om tegen opheffing te stemmen. Haar fractie vindt het echter niet verantwoord cm met zeveel onduidelijkheden in het vooruitzicht deze zaak op te heffen. De voorzitter zegt nogmaals, dat de meerderheid van het college het onverantwoord vindt om nu "nee" te zeggen. De zaken lijken allemaal wel eenvoudig, maar docr nu "nee" te zeggen zal men straks met elkaar met problemen worden geconfronteerd. Wethouder Fakkers stelt, dat de problemen door het Streekgewest opgelost kunnen worden door op de punten duidelijke beslissingen te nemen. Als 75 mensen, die bij deze fusie betrekken zijn, nog niet weten waar ze aan toe zijn, dan vindt hij dat er eerst maar eens duidelijkheid dient te komen. De voorzitter vindt dit laatste ook min of meer ongenuanceerd, maar hij zegt dat het weliswaar zo is dat er niet volledige duidelijkheid is, maar dat er wel degelijk overleg is geweest met het personeel. Een zekere duidelijkheid is zeker aanwezig, maar het is zo dat een en ander niet volledig is uitgekristaliseerd

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1982 | | pagina 269