-9-
Toch mooi dat de provincie zo'n grote belangstelling heeft voor de meest weste
lijke uithoek van haar grondgebied.
En terwijl het bootje in de sluizen ligt ziet U ineens boven de dijk nog een
stukje Heijningen. Nog even gaan Uw gedachten naar het mooie Pestalozzihuis
U hoopt in stilte dat er nog echt gebouwd kan worden in Heijningen. Wie het
kleine niet eert
In de samengepakte wolken denkt U nog sporen te ontdekken van de rook van de
suikerfabriek. Een beeld dat past bij West Brabant. Het roept bij U associa
ties op met de landbouw, van oudsher al een belangrijke bestaansbron in dit
gebied
In gedachte groet U de goede nabuurgemeente Willemstad.
Veel langzamer dan U had gedacht vervaagt het beeld van Brabant, het afscheid
is minder abrupt. In de verte doemt Numansdorp op. Nog even een blik over het
Hollands diep. Aan de horizon ziet U de silhouetten van de Shell.
U nadert Numansdorp en denktdag Brabantblijf één.
Zo'n reisje kost niet veel, maar blijft wel lang in je herinnering.
Gelukkig heeft Uw vrouw ons enige aardige ideeën aan de hand gedaan.
U wilde o.a. wel graag een "Work Mate". Als portefeuillehouder van Openbare
Werken hebt U blijkbaar een ambachtelijke inslag gekregen. Met hamer en bei
tel alleen, nee dat zag niemand zitten, ja natuurlijk wel die jaap in Uw
hand
Burgemeester, geniet in Uw vrije tijd van deze "Work Mate" die ik U namens
de medewerkers mag aanbieden en gebruik hem onder het genot van een passend
muziekje dat U zich met deze platenbon kunt aanschaffen. Wie weet, wordt het
straks in de Lier naast burgemeester Jaap ook in dubbele betekenis vakman
Jaap.
Applaus
De voorzitter bedankt de sprekers als volgt:
Leden van de raad, dames en heren,
Als ik in het begin van de tachtiger jaren mijn funktie als burgemeester van
de gemeente Fijnaart en Heijningen neerleg, kan ook ik er niet aan ontkomen
stil te staan bij wat we in die jaren '80 mogen verwachten.
Vooreerst wil ik met U - leden van de raad - aandacht besteden aan de
zeven achter ons liggende jaren.
Als ik dan een soort "eindbalans" opmaak, doe ik dat niet in materiële
zin. Ofschoon allerlei zaken, die we met elkaar tot stand hebben gebracht,
ook mij veel voldoening hebben gegeven. In hoeverre ik m.b.t. de realisering
van allerlei projecten een voldoende heb behaald, staat aan U ter beoordeling.
Ik voeg daar nog aan toe, speciaal met het oog op de vertegenwoordigers
van de gemeente de Lier, dat ze niet de indruk moeten hebben gekregen, dat ik
zowat alles goed gedaan zou hebben. Dat is bepaald niet het geval.
Ik hecht er meer aan, om met U stil te staan bij de wijze waarop en de
sfeer, waarin wij gezamenlijk, de raad, het college en ik de zaken hebben kun
nen voorbereiden en in besluiten hebben kunnen omzetten.
Het was een interessante bezigheid om het verslag van de installatieverga
dering van 1 maart 1973 er nog eens op na te lezen. Op de feitelijke inhoud
daarvan kom ik straks terug. Wel breng ik in herinnering, dat tijdens die
bijeenkomst één punt centraal stond, n.l. het functioneren van de gemeente
raad, of liever gezegd:
hoe kan het functioneren verbeterd worden?
Het kostte me bijna 2 jaar, voordat U als raad besloot tot de instelling van
vaste commissies van advies en bijstand en dan nog zonder applaus. Ik kreeg
zelfs de indruk, dat U toen dacht: laten we het nu maar doen, dan houdt hij
tenminste op met zeuren.