-7-
Zowel aan de oorspronkelijke bewoners als aan de forenzen moest de gelegenheid
geboden worden, om met respect voor eikaars overtuiging, een nieuw samenlevings
verband op te bouwen.
Naast dank voor alle andere belangrijke werkzaamheden die U hier verricht heeft
en ik denk hierbij o.a. aan de verkoop van het industrieterrein, het plan
Buitengebied, de gerealiseerde bouwplannen op onderwijsgebied, de renovatie
van de woningwetwoningen, Pestalozzihuisuitbreiding Witte Roos, en nog veel
meer, naast dank hiervoor, denk ik, dat wij U toch vooral dankbaar moeten
zijn voor de prettige wijze waarop U ervoor gezorgd heeft, dat uit deze smelt
kroes van politieke opvattingen en partijen, met respect voor elkanders stand
punt, toch na de verkiezingen van 1974, een min of meer harmonieus samenwer
kingsverband ontstond; ook al waren er bij tijd en wijle ontsporingen.
De dissonanten, die hierdoor in het klokkelied van Fijnaart te horen waren,
betreurde U en waren zeker niet aan U te wijten.
Ik kan niet anders, dan concluderen, dat U veel oude tegenstellingen heeft
doen vergeten en dat het juist hierdoor mogelijk geweest is, dat de Raad
gefunctioneerd heeft, zoals hij gefunctioneerd heeft; dat alleen door de
wijze waarop U, boven de partijen staande, ze toch samenhield, de Raad zoveel
besluiten unaniem, of nagenoeg unaniem heeft kunnen nemen.
Het feit dat de deur van de burgemeesterskamer voor de Raadsleden, en zeer
zeker voor de fractieleiders altijd openstond, speelde hierbij een grote
rol, en in het openbaar wil ik U hiervoor hartelijk dankzeggen.
Ik had natuurlijk veel meer kunnen zeggen, maar ik meende dat dit afbreuk
zou doen, aan datgene waardoor Uw periode in Fijnaart gekenmerkt werd, en
wat naar mijn mening centraal diende te staan bij dit afscheid.
Ik herhaal nogmaals, en wil het uitdrukkelijk onderstrepen, wij danken U
zeer voor de samenwerking tussen de partijen, die U hier heeft tot stand ge
bracht.
Het klokkelied, van het carillon waar U zich voor inzette, zal straks in
Fijnaart te horen zijn.
De harmonie van klanken, die dan over ons wordt uitgestort, zal ons moeten
doen denken, aan de harmonie die U in de Raad heeft voorgestaan.
Wij hopen dat straks in de Lier, zowel op bestuurlijk niveau als in Uw
persoonlijk leven, de harmonie, de boventoon moge voeren.
Mijnheer de voorzitter en mevrouw moge het U wel gaan in de Lier.
Applaus.
De gemeente-secretaris spreekt mede namens het personeel het navolgende dank
woord
Mijnheer de voorzittermevr. van Bochoven, mevrouw heren leden van de raad,
dames en heren.
Afscheid nemen is altijd een wat bijzondere gebeurtenis, maar gelukkig heeft
het niet altijd een onherroepelijk karakter.
Burgemeester, U gaat Fijnaart en Heijningen verlaten en daarmee de provincie
Noord Brabant.
Ook U zegt dag tegen Noord Brabant, maar niet zoals Dr. L. van Egeraat dat
deed in zijn boek "Zeg maar dag tegen Brabant".
Uw gedag tegen Fijnaart en Heijningen en tegen Brabant gaat ongetwijfeld met
andere gevoelens gepaard dan dat waarmee van Egeraat zijn vonnis uitsprak over
Brabant en in het bijzonder over Fijnaart.
^aarhet boek van Dr. van Egeraat dateert dan ook van
zomer 1973. Wanneer de heer van Egeraat nu een herdruk van zijn boek zou over
wegen, zou hij wellicht een ander oordeel vellen over Fijnaart en Heijningen,
niet omdat Fijnaart nu ineens een parel in het deltagebied geworden is, maar
wel zal ook hij kunnen constateren dat sedert het verschijnen van zijn boek
veel zaken met zorg zijn aangepakt.