-5-
Indien de zaak aan de vereniging wordt gegeven, kan deze zelf de
kavels indelen, omdat niet iedereen aan eenzelfde oppervlakte
behoefte heeft. Nogmaals zegt hij de huurprijs te hoog te vinden.
Hij pleit voorlopig voor een lagere huurprijs en deze geleidelijk wat
op te trekken. Hij is van mening dat hier sprake is van een recreatieve
vrijetijdsbesteding, welke best wat gesubsidieerd mag worden.
De heer Kannekens is het volledig met de heer van de Merbel eens
voor wat betreft de huurprijs. Zijns inziens moet iedere burger
vrij worden gelaten om te kunnen huren, zonder dat hij lid wordt
van een vereniging, daar gaat het om. De vereniging is er om de
belangen van de volkstuinders te behartigen, maar niet om daar alleen
heerschappij over te hebben.
De voorzitter merkt op dat volgens het voorstel ledereen vrij is om
een volkstuin te huren, in verband waarmede hij aanneemt dat bij de
heer Kannekens geen principiële bezwaren bestaan tegen de regeling.
De heer Kannekens is echter van mening dat straks de niet—leden van
de vereniging niet gelijkgesteld zullen worden met de leden.
De voorzitter herhaalt nogmaals dat eenieder voor een tuin in aan
merking kan komen. Ten aanzien van de kostprijs deelt hij mede dat deze
ongeveer 110,per jaar per kavel bedraagt. Bij wijze van overgang
zou mogelijk één jaar 3/4 van de kostprijs in rekening kunnen worden
gebracht en het jaar daarop de volle 100%, omdat voor de huidige
tuintjes ca 45,per kavel per jaar wordt betaald. Verder maakt hij
er melding van dat het aantal van 24 serieuze kandidaten voor een
volkstuin inmiddels is opgelopen tot 29. Met de heer van Halderen
constateert hij, dat administratie voeren geld kost. Tenslotte wil
hij in overweging geven bij wijze van proef de tuintjes voor 1 jaar
te verhuren aan de volkstuinvereniging.
De heer van der Werf deelt mede akkoord te zullen gaan met het voor
stel, indien uitdrukkelijk in het stuk vermeld wordt dat het geldt
voor een proefperiode van 1 jaar. Indien het in dit jaar niet goed
zou gaan, komt hij erop terug.
De heer Fakkers vindt het voorstel van de voorzitter vreemd aan de
orde van de dag, omdat het college zich hierover zou moeten beraden.
Hij staat er afwijzend tegenover omdat zijn uitgangspunt is dat ieder
een moet kunnen huren. Hij stelt de vraag wat er gebeurt indien
iemand geen lid meer wil zijn van de vereniging, maar zijn tuintje
wil behouden. Voorlopig zou hij de verhuur in eigen hand willen
houden om eerst af te zien hoe de volkstuinvereniging zich op langere
termijn gaat ontwikkelen, met name op organisatorisch en administra
tief gebied. Hij is dan ook tegen het omgekeerde voorstel van de
voorzitter.
De voorzitter antwoordt, dat zijn voorstel niet vreemd aan de orde van
de dag is omdat het een wijziging zou kunnen zijn van het ingediende
voorstel. Bovendien kan füj als voorzitter van de raad suggesties doen.
Als men geen lid meer van de vereniging wil zijn, kan men z.i. zijn
tuintje houden. Vervolgens recapituleert hij dat thans aan de orde
is een meerderheids— en een minderheidsvoorstel om volkstuinen te
verhuren en stelt de leden in de gelegenheid een amendement op deze
voorstellen in te dienen.
De heer van Halderen stelt een amendement voor inhoudende, dat de
volkstuintjes worden verhuurd aan de volkstuinvereniging "De Fijne
Aerde", met uitzondering van de individuele huurders, welke van
burgemeester en wethouders een tuintje krijgen aangeboden, voor 1 jaar,
mede gelet op ervaringen in andere gemeenten, waar het op dezelfde
manier gebeurt.
De voorzitter vraagt de heer van Halderen zijn amendement op schrift
te stellen.