-19- Er is alleen gezegd, dat de eigen bijdrage van de mensen die deze cursus willen volgen, in een redelijke verhouding moet staan tot het gehele uit- gavenpakket. Er is ook gezegd, indien er met een redelijk voorstel zou wor den gekomen, zijn fractie daar niet tegen is. Hij meende deze korrektie toch nog even te moeten aanbrengen. De heer van Halderen merkt ten aanzien van de volgnrs 248.00 en 252.00 op, dat de raad mag verwachten dat deciraulaire van de Minister van Binnenlandse Zaken van 29 juni 1977 korrekt wordt uitgevoerd. Bovendien mag worden ver wacht, dat de bepalingen van het Bezoldigings Besluit Burgerlijke Rijks ambtenaren en de daaruit voortvloeiende circulaire van 7 augustus 1979 goed worden toegepast. Deze opmerkingen zullen geen aanleiding zijn voor zijn fractie om tegen de begroting te stemmen. Op post volgnr507.00 staat als ontvangen leges vermeld ƒ.72.500,--, ter wijl voor 1980 een ontvangst wordt geraamd van ƒ.50.000,--. Hij denkt, dat dit te laag is. Ten aanzien van de posten volgnrs. 804.80 en 806.80 vraagt hijwaarom zonder motivering en argumentering de kosten voor de Oudercom missie met de helft en voor de Culturele Vorming met een derde zijn verlaagd. In augustus 1979 is in verband met de uitbreiding van het aantal leerlin gen aan de openbare school gevraagd om schoolbenodigdhedenwaarop tot op heden geen beslissing is genomen. Waarom is daarop nog geen beslissing genomen, of is het de bedoeling om de uitgaven daarvoor ten laste van het nieuwe jaar te brengen? De voorzitter deelt Mevrouw Verhagen en de heer van Dis mede, dat het college de portefeuilleverdeling nog eens nader zal bezien. Ten aanzien van Fort Sabina deelt hij mede, dat door de heer van Dueren den Hollander is gezegd, dat het Fort groen is, doch ook het CDA. Als het CDA zich een schutkleur aanmeet dan zou het daar kunnen vergaderen en dan is men hetkvijt. Hij deelt de heer van de Merbel mede, dat er in de krant heeft gestaan, dat het samenwerkingsverband van de bejaardenbonden een brief geschreven heeft aan het college over de bouw van bejaardenwoningen, doch deze brief is echter nog niet ontvangen. Op minstens vier plaatsen ir. de stukken staat vermeld, dat het college probeert, met name in het centrum van de gemeente, woningen te bouwen en dan met name voor een- en tweepersoonshuishoudens. Het college is niet zo diep ingegaan op de nadere motivering van het woning- bezit. Hij is blij dat de heer van de Merbel hiervoor wat argumenten heeft aangevoerd ter nadere informatie van de raadsleden en hij is het daarmede volkomen eens. Hij deelt de heer van Dis mede, dat er in de gemeentegids inderdaad staat, dat de wethouders iedere maand spreekuur houdendoch er staat ook in dat de burgemeester spreekuur houdt volgens afspraak. Bovendien heeft hij lange tijd vrijdags1 avonds ook spreekuur gehouden, doch er kwam bijna niemand, zodat het kennelijk niet in een behoefte voorzag. Hij is echter nog verschillende avonden op het gemeentehuis aanwezig voor het houden van besprekingen met besturen van verenigingenomdat deze mensen overdag dikwijls niet kunnen komen. De heer van Dis behoeft zich geen zorgen te maken Aangaande de bouw van vrije sectorwoningen zou hij volgens de heer van Dis gezegd hebben dat iedere woning die in deze sector wordt gebouwd er één te veel voor Fijnaart zou zijn. Hij heeft er echter wel bij gezegd, dat het vol komen past in het beleid van de raad. Er moet uit zijn woorden kunnen worden opgemaakt, dat het gaat om het beleid van de gemeenteraad te weten het helpen van de mensen die in Fijnaart woonachtig zijn en de personen die economisch aan de gemeente zijn gebonden. De raad heeft ook gezegd, dat Fijnaart niet de overloop moet opvangen.

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1979 | | pagina 165