- 12 - Of het nu december zal zijn of maart - hij hoopt echter wel december - op het moment is het criterium dat met de bouw is begonnen en dan mag men er vanuit gaan dat het ook binnen afzienbare tijd gerealiseerd zal zijn. De heer Lauwers moet de heer van Dis gelijk geven wat betreft het onderbrengen van de kinderen in één lokaal van een school waar even tueel een lokaal leeg zou staan. Hij moet echter mededelen, dat hij ook niet weet of er wel een dergelijk lokaal beschikbaar is. Hij moet de heer Kannekens toegeven, dat deze altijd heeft gezegd, dat hij een Jarinolokaal niet zag zitten. Voor het door hem gebruikte woord "trammen" biedt hij de heer Kannekens zijn excuses aan. Wel vraagt hij wat de heer Kannekens onder goed onderwijs verstaat. Hij zelf verstaat onder goed onderwijs, dat men de kinderen niet te veel aan veranderingen moet blootstellen, die weinig met het onder wijs te maken hebben. De kinderen dan in het ene lokaal en dan weer in het andere lokaal doet het onderwijs absoluut geen goed. Op de opmerking van het lezen van de namen van de leerlingen wil hij niet ingaan. De heer van Dis vindt het spijtig, dat de heer Lauwers op zijn vra gen geen antwoord heeft kunnen geven en hij vindt het dan ook moei- lijk^dit voorstel in stemming wordt gebracht, hierover te stemmen. Uit ervaring weet hij wat dit lokaal voor de kinderen betekent, want zijn kinderen hebben er ook in gezeten, ^indien Toen is er door de raad ook tegen geprotesteerd en dit wil hij uit drukkelijk stellen. Er was toen ook een groepering in de raad die het tegenhield. De openbare school staat dus niet helemaal alleen. Indien er op een andere manier een oplossing gevonden zou kunnen worden zou deze wel voordeliger zijn. Wat zich nu op dit moment wreekt is het ontbreken van de prognoses van de leerlingen, zoals hij in het verleden al meermalen heeft ge signaleerd. Bij de uitbreiding van de basisscholen in het verleden heeft hij steeds gepleit om bij de uitbreiding van zo'n school een wisselbaar lokaal bij te bouwen. Nu krijgt men de rekening gepresen teerd van het foutieve beleid van het college. Een school mag echter van een fout beleid van het college of de raad niet de dupe worden. Hij vraagt de heer Lauwers de door hem reeds eerder gevraagde sug gesties nog eens grondig te willen onderzoeken. Zo deze er absoluut niet zijn zal hij toch het voorstel van de heer Lauwers moeten ondersteunen. De heer Lauwers wil het door hem reeds aan de heer van Dis gegeven antwoord, dat hij gelijk heeft, nogmaals herhalen. Er zijn echter moeilijkheden die hij niet begrijpt. Hij wil onmiddel lijk zijn voorstel intrekken indien het college kans ziet om de kinderen onder te brengen in een lokaal als door de heer van Dis wordt bedoeld. De voorzitter ziet hiertoe geen kans en brengt vervolgens het voor stel van de heer Lauwers tot het huren van een vierde Jarino-lokaal in stemming. De raad besluit het voorstel van de heer Lauwers met vijf stemmen vóór en zes stemmen tegen niet aan te nemen. Vóór stemmen de leden: van der Werf, Lauwers, Bos, van Dis en Evers. Tegen stemmen de leden: Mevr. Verhagen, Munters, Kannekens, Lam- bregts, van Dueren den Hollander en Fakkers. De raad besluit vervolgens zonder hoofdelijke stemming overeenkom stig het voorstel van burgemeester en wethouders tot beschikbaarstel ling van een krediet voor de inrichting van het vierde lokaal.

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1978 | | pagina 98