- 5 - Dit vindt hij een kwalijke zaak. Zulk soort zaken doet het wantrouwen enkel maar toenemen. Hij doet daarom een beroep op de grote gemeenten zich wat coulanter en jovia ler op te stellen tegenover de kleinere gemeenten. De gezamenlijke West-Brabantse gemeenten zullen de bevoegdheden wat ruimer moeten formuleren. Wanneer er meer boven gemeentelijke taken worden over gedragen en het Gewest wordt de mogelijkheid gegeven om goed te func tioneren, dan zal er ook meer draagkracht bij dat Gewest kunnen komen. Het Gewest kan dan beter gaan functioneren en het zal dan vanzelf bij de bevolking gaan leven. Hij attendeert in dit verband ook nog op de moeizame wijze waarop het Gewest zich moet behelpen bij de voorbe reiding tot herziening van het Streekplan West-Brabant. Hij i-s geen voorstander om thans over te gaan tot het instellen van een groter Gewest. De streek die momenteel onder het Streekgewest valt is een voldoende eenheid waarmede gewerkt kan worden. Verder pleit hij er voor om contacten te onderhouden met het Stadsgewest Breda, omdat dit goed zal kunnen werken en er uit deze contacten goede ideeën naar vo ren kunnen komen. Burgemeester Schneider zegt, dat dit Streekgewest niet in het leven is geroepen om tegemoet te komen aan de wensen van de Minister van Binnen landse Zaken om Nederland bestuurlijk te reorganiseren. Dit Streekgewest moet dan niet worden gezien als een mini-provincie. De Minister heeft daarbij veel grotere gebieden op het oog dan het gebied van de zeventien aangesloten gemeenten. Indien er over mini-provincies wordt gesproken, dan wordt gesproken over geheel iets anders. Dan wordt er niet gesproken zoals dit in ons Streekgewest wordt genoemd, over verlengd lokaal bestuur. De taak van het Streekgewest is het vervullen van die taken die tot het lokaal bestuur behoren, maar die elke gemeente niet kan doen omdat die er te klein voor is. Bij de mini-provincies is sprake van een herverkaveling van taken tussen gemeenten-provincies en het rijk. Hieraan ligt een op de wet gebaseerde taakverdeling ten grondslag. Het gaat hierbij om taken die in de toekomst nog bij de gemeenten zul len blijven, taken van de gemeenten die naar de mini-provincies zullen gaan en taken die van het rijk zullen worden afgestoten naar die mini- provincies. Bij deze mini-provincies behoren o.a. de taken die de heer Bos heeft genoemd, zoals o.a. rechtstreekse verkiezingen, een onafhan kelijk voorzitter en eigen financiën om de taken onafhankelijk van gemeenten en rijk uit te kunnen voeren. Bij rechtstreekse verkiezingen krijgt men dan politieke groeperingen en fractievorming in de verga deringen van deze mini»-provinciesDit is allemaal veel meer dan van het begin af aan de bedoeling is geweest. Bij de vorming van het Streek gewest na de samensmelting van de 2 vroegere regio's heeft vooropgestaan om de belangen van de zeventien aangesloten gemeenten voldoende te kun nen behartigen. Men moet dit dus zien als verlengd lokaal bestuur. Bij de samenstelling van de Gewestraad is er vanuit gegaan, dat hier in zouden worden opgenomen gemeentelijke vertegenwoordigers op basis van de inwonertallen van de gemeenten. Bij de bezoeken aan de verschil lende gemeenten heeft het Dagelijks Bestuur kunnen constateren, dat de tijd nog niet is aangebroken voor een groter Gewest West-Brabant. Het Stadsgewest Breda moet men ook zien als een verlengd lokaal bestuur. Het Dagelijks Bestuur is er van overtuigd indien men vasthoudt aan ver lengd lokaal bestuur het Streekgewest met zijn 17 gemeenten en het Stadsgewest Breda met zijn 20 gemeenten, momenteel groot genoeg zijn. Er is dus genoeg te doen door aan elkaar te wennen en om een aantal taken onder die ene gemeenschappelijke noemer van die zeventien ge meenten te krijgen.

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1978 | | pagina 53