- 4 - Als er een bijdrage geleverd moet worden in voorbereiding op de reor ganisatie van het binnenlands bestuur dan is onze mening nog dezelfde als enkele jaren geleden. Er is en blijft maar één goede oplossing. Een groter geheel samen met het Stadsgewest Breda. De leden rechtstreeks door middel van verkiezingen uit en door de kiesgerechtigde inwoners van het gebied gekozen. Een voorzitter benoemd zoals de burgemeesters zolang we niet de situa tie van een gekozen burgemeester hebben. Daarbij is echter een allereerste vereiste dat de gemeenten, welke in het gebied zijn gelegen, zonder uitzondering bereid zijn bovengemeente- lijke taken onverwijld over te dragen aan het Streekgewest. Misschien zelfs zou ook de provincie bereid moeten zijn op bepaalde punten hetzelfde te doen. Herziening van tijvoorbeeld het Streekplan Noord-Brabant zou van b.v. volledig door dat gewest kunnen worden voorbereid, met daarbij uiter aard het horen van de afzonderlijke gemeenten. Zulk een herziening zou mogelijkerwijs een betere oplossing bieden dan wat nu wordt beoogd. In het Oosten weten zeer velen namelijk niet waar het uiterste zuid-westen van onze provincie ligt. Daarom zal het van daar uit ook nooit gaan dagen. De vraag rijst dan bij velen wat de financiële consequenties van zulk een opzet zouden zijn en of dit de draagkracht van met name de kleine gemeenten niet te boven zal gaan. Laat de rijksoverheid dan bereid zijn zulk een gewest in ruime mate te subsidiëren. Vooralsnog ziet het er naar uit, dat we op de oude weg zullen blijven voortsukkelen als één grote gemeenschappelijke regeling. Oeen elegante oplossing helaas. Het zij zo. De heer van der Werf is van mening, dat het Streekgewest niet meer is weg te denken. Met de door het Streekgewest ontworpen plannen kan hij het eens zijn, omdat deze ook in de afzonderlijke gemeenteraden moeten worden behandeld. Bovendien zitten er twee afgevaardigden uit deze raad in de Gewestraad. Hij zou het wel bijzonder op prijsstellen in dien het Dagelijks Bestuur van het Streekgewest regelmatig kontakt onderhoudt met het Dagelijks Bestuur van het Stadsgewest Breda. Hij wil zich niet uitspreken vóór aansluiting bij het Stadsgewest Breda. Volgens de huidige gemeenschappelijke regeling kunnen ook bur gemeesters in de Gewestraad worden opgenomen evenals de wethouders. Dit geldt ook voor het Dagelijks Bestuur. Hij wil daarom voorstel len, dat alleen de burgemeesters daarin kunnen worden opgenomen en niet de wethouders, want anders valt de raad helemaal buiten de boot. Indien in de toekomst burgemeesters, die in het College van Advies zijn vertegenwoordigd, worden afgevaardigd in de Gewestraad, zou voor deze burgemeester een raadslid uit die gemeente in de plaats moeten worden gekozen, want anders krijgen deze burgemeesters een dubbel functie in het Streekgewest. Hij zou het zeer op prijs stellen indien deze gehele zaak afgerond zou kunnen worden vóór de verkiezing van de nieuwe gemeenteraden. De heer van Dis zegt, dat het Streekgewest, zoals het nu functioneert, een zeer moeizaam bestaan heeft. Er is tot op heden niet zoveel tot stand gekomen. De vergaderingen van de Gewestraad maken cp hem een futloze indruk. De reden, dat er tot op heden nog weinig tot stand is gekomen is gelegen in het feit, dat de verhouding van de kleine tot de grote gemeenten nog steeds niet goed is. Er ligt bij de kleine gemeenten altijd nog een zeker wantrouwen, omdat de grote gemeenten zich niet altijd op de juiste wijze gedragen. Hij wijst er in dit verband ook nog op, dat een wethouder van een grote gemeente als ver tegenwoordiger in de Gewestraad bijna iedere vergadering schittert door afwezigheid, dan zonodig opeens eenmaal in de Gewestraadsverga dering moet komen om Halsteren eens goed de les te lezen.

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1978 | | pagina 52