Voorstel tot wijziging tarieven reinigingsrechten/le wijziging gemeentebegroting 1979, volgnr. 78-XIV-110. De heer van de Merbel heeft geen bezwaar tegen de verhoging van deze belasting, hetgeen ook reeds tot uitdrukking is gebracht bij de algemene beschouwingen. Wel plaats hij kanttekeningen bij de uitleg die het college geeft aan de circulaire van de Minister van Binnenlandse Zaken van 18 juli 1978. Bovendien ligt het tarief al boven Üe minimum norm van 60,Voor gezinnen bedraagt dit thans 68,60. Als men hierbij nog rekent de .alleenstaanden en de 65—jarigen, komt men aan een gemiddelde van 63,Er wordt dus ruimschoots tegemoet gekomen aan de door de Minister gehanteerde minimum norm. Zijn bezwaar is dat het college aanvoert dat de minimum norm 65% bedraagt en dat deze thans nog niet wordt gehaald. Als men de circulaire leest dat hierin ook de plastic huisvuilzakken kunnen worden betrokken en men neemt dan het bedrag, dat de mensen in Fijnaart zelf voor de huisvuilzakken moet betalen, komt men naar zijn mening dicht bij deze 65%. De huidige verhouding tussen in komsten en uitgaven bedraagt bij ongewijzigde tarieven 46%. Na invoering van deze gewijzigde tarieven zou men uitkomen op een dekkingspercentage van 55. Door het college wordt gesteld, dat er dus nog een ruimte is van 10% beneden door de Minister gehan teerde minimum norm. Hij betwist dit en men zal voor een volgend jaar dit argument niet moeten hanteren, want dit is een beetje krom. De voorzitter antwoordt, dat deze door de Minister gehanteerde norm geldt voor de gemeenten die vallen onder artikel 12 van de Financiële verhoudingswet, hetgeen inhoudt, dat die gemeenten moeten voldoen aan een aantal voorwaarden om voor een extra uitkering uit het Gemeentefonds in aanmerking komen. De door de Minister genoemde minimum norm bedraagt 60 per emmer en dat is iets anders dan per zak, of 65% van de kosten. Hij denkt dat de gemeente daaraan nog niet toe is. Dat alles wil niet zeggen, dat men niet hoger mag gaan. De reinigings rechten worden aangemerkt als retributies en daarbij mag een ma tige winst worden gemaakt. Wethouder Fakkers deelt nogmede, dat de stijging van het aangeboden huisvuil 17% bedraagt. De voorzitter verduidelijkt nog, dat het college niets anders doet dan de lijn doortrekken die de raad heeft aangegeven om een zekere verhouding te bewaren tussen de kosten en de opbrengst. Het is niet zo,dat het naar boven wordt afgegrendeld althans niet in de orde en grootte als het college thans voorstelt. Er is nog ruimte genoeg over. Het college vindt het billijk om deze tarieven met 20% te verhogen tegenover een kostenstijging van 17%, zodat een stukje achterstand wordt ingehaald. De heer van de Merbel zegt, dat hij daartegen geen bezwaar maakt, mede gehoord de mededeling van de wethouder van de lv« stijging van het aangeboden huisvuil. De suggestie dat er nog meer ruimte is om aan die norm te komen kan gerust worden weggelaten, want dat klopt niet. Misschien dat hieraan iets kan worden gedaan door de financiële commissie. De raad besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders. J i-

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1978 | | pagina 198