Gaan deze wethouders echter een beleid voeren, dat indruist tegen
de opvattingen van zijn fractie, dan zal de kritiek openlijk tot
uitdrukking worden gebracht. Hij denkt, dat het CDA het niet an
ders zal doen.
De heer Munters bevestigt dit.
De voorzitter meent, dat deze politieke beschouwingen nu kunnen
worden afgesloten. Hij denkt, dat er toch een stukje duidelijkheid
is ontstaan. Voor zover dit niet het geval is krijgen de fracties
hiervoor bij de volgende verkiezingen wel weer de gelegenheid.
Aanvankelijk was het hem niet duidelijk wat het CDA bedoelde met de
financiële commissie, waarover de heer van Dis in de vorige ver
gadering heeft gesproken, om in het najaar een aantal begrotingen
van verschillende gemeenschappelijke regelingen eens door te
lichten, in het bijzijn van de vertegenwoordigers in die gemeen
schappelijke regelingen. De heer van Dis heeft echter bedoeld,
dat indien deze begrotingen onder de ingekomen stukken worden ver
meld, het beter is om hiervan een afzonderlijk agendapunt te maken.
Met deze opvatting kan hij instemmen. Mocht in de toekomst blijken,
dat er over bepaalde stukken, die vermeld staan onder de ingekomen
stukken, uitvoerig zal worden gesproken, dan zal hiervan een af
zonderlijk agendapunt worden gemaakt, hetgeen dan op de agenda
van de volgende raadsvergadering zal worden vermeld.
Het CDA heeft gesteld, dat men de begrotingen van de gemeenschap
pelijke regelingen liever in een voltallige raad behandeld zag,
indien dit een taak zou worden van het seniorenconvent. Later
werd gezegd, dat er tegen zo'n commissie geen bezwaar zou zijn.
Hij heeft in zijn antwoord gesteld de zaken samen te willen voegen
en te laten behandelen door één commissie. Wie er nu in zo'n com
missie zitting moeten hemen kan een punt van overleg zijn.
Hij zdu zich kunnen voorstellen dat de fractievoorzitters deel uit
maken van deze commissie. Als het een grote fractie betreft kan
hij zich ook voorstellen, dat er iemand in die fractie zit, die
geen fractievoorzitter is maar nu eenmaal goed thuis is in de
financiële problemen. Indien de fractievoorzitters zouden worden
aangewezen zullen deze naar zijn mening geen afgevaardigden naar
de Gewestraad mogen zijn, want dan heeft men niet die kans om in
bepaalde getalsverhoudingen vragen te stellen aan de afgevaardig
den. Vervolgens stelt hij voor om toch te beginnen met een voor-
1opige commissie voor de financiën, die zou kunnen bestaan uit
elk één vertegenwoordiger van de P.v.d.A en V.V.D. en twee ver
tegenwoordigers van het CDA.
De raad stemt hiermede in.
Op zijn verzoek deelt de heer Bos mede, dat namens zijn fractie
hiervoor wordt aangewezen de heer van de Merbel, terwijl de heer
Evers mededeelt, dat namens het CDA hiervoor worden aangewezen
mevr. Verhagen en de heer Laros. Door de VVD zal later nog een
lid worden opgegeven.
Het is nog niet de bedoeling om voor deze commissie een verorde
ning vast te stellen.
Het college kan instemmen met de suggestie van de P.v.d.A. om de
hondenbelasting te verhogen en stelt voor om de hondenbelasting
met ingang van 1 januari 1979 met 5,per hond per jaar te
verhogen. De zaak over de invoering van de penningen vereist nog
een nadere studie en hierover zal het college zich nog nader be
raden
De raad besluit vervolgens zonder hoofdelijke stemming om de honden
belasting met ingang van 1 januari 1979 met 5,per hond per
jaar te verhogen.