- 2 - De 16e begrotingswijziging kan vervallen, omdat de grond reeds is opgenomen in de algemene dienst. De heer van Halderen heeft uit de toelichting van de wethouder vernomen,dat er gisteren overleg is geweest met het schoolbestuur, terwijl het verzoek van deze school is gedateerd op 27 december 1978. Wat is hiervan de reden? Omdat het hier semi-permanente gebou wen betreft wil hij ook weten hoe lang de Christelijk Nationale School hiervoor een waarborgsom moet betalen. Geldt deze waarborg som hiervoor even lang als voor een definitief gebouw? Is het onderhoud van deze semi-permanente gebouwen hoger of net zo hoog als bij permanente gebouwen? Hij denkt, dat het onderhoud van semi-permanente gebouwen wel ho ger zal zijn en hoe denkt het gemeentebestuur hiervoor een regeling te treffen, mede met het oog op de toekomst? In het voorstel staat vermeld, dat er een koopsom is geboden van ƒ.120.000,terwijl nu een boekwaarde wordt gehouden van 279.000,Hier-over wil hij ook nader worden geïnformeerd. 1 De heer Bos spreekt hierover zijn grote verwondering uit, omdat de raad bij de algemene beschouwingen van het college moest ver nemen, dat het nog niet bekend was, dat deze lokalen zouden worden bestemd voor de Christelijk Nationale School in Heijningen, ter wijl dit toen wel bekend moet zijn geweest. Hij vindt de gekozen plaats v/aar deze gebouwen moeten komen te staan, nl. op het sport veld, wel zeer ongelukkig. Er verdwijnt een stuk van het parkeerter rein en een speelveldje voor de jeugd. Waarom is het college niet gekomen met een voorstel om een initiatief besluit te nemen om één nieuwe school te bouwen. Dan hadden de beide scholen hierin maar onder gebracht moeten worden, de een links en de andere rechts. Als men het zó gaat regelen blijft men geld weggooien, want ook de andere school is hard aan vernieuwing toe. Bouw dus maar een nieuwe school voor de beide scholen, dan wordt men het misschien nog wel eens een keer eens. De heer Kannekens staat perplex, dat dit wordt verdedigd door wet houder Pakkers, terwijl dit naar zijn mening toch tot de porte feuille van de andere wethouder behoort. Ook de cijfers die in het voorstel staan vermeld verbazen hem en met name de bedragen van ƒ.120.000,(verkoopprijs) en ƒ.279.000,(boekwaarde). In tweede instantie komt hij - indien nodig hierop terug. Hetgeen door hem in 1975 is gezegd, staat nu in het voorstel ver meld en dat de raad het nu eigenlijk maar moet aannemen, want an ders zou men de Christelijk Nationale School in Heijningen gaan te genwerken. Hij is er een voorstander van om de Christelijk Nationa le School in Heijringen een goed onderdak te geven. Tegen de manier waarop het moet gebeuren meent hij te moeten ageren. In het inves teringsschema staat deze zaak als "PM" geraamd en er is na de be grotingsvergadering nog geen raadsvergadering gehouden en nu krijgt de raad dit voorstel aangeboden. Als men alles bij elkaar optelt dan gaat het om een bedrag, dat er niet om liegt. Het zal toch allemaal betaald moeten worden. Mevrouw Verhagen vraagt of de problematiek van de beide scholen door dit voorstel dichter bij elkaar komt of komt men voor de toe komst nog verder van elkaar af te staan? Zij wil ook v/orden geïn formeerd hoe de waarborgsom in dit geval zal worden berekend en van welk bedrag. Als het schoolbestuur hiervoor 10% moet be talen komt men dan niet in financiële problemen? Nu deze gebouwen gedeeltelijk zijn geprojecteerd op een sportcom plex komt hierdoor misschien de sportvereniging in Heijningen voor problemen te staan.

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1978 | | pagina 159