- 9 - Dit komt neer op ƒ.2,a ƒ.3,per uur, die deze vormings centra in rekening brengen voor deze cursussen. Hij kan het met Emmy van Overeem eens zijn, dat deze bedragen veel te laag zijn. Indien men hier spreekt over een vergoeding van ƒ.75,per per soon per ochtend en dat men ook dan nog de moed heeft om drie docenten per ochtend te sturen van ƒ.75,dan zal er eerst eens aan de bel moeten worden getrokken bij het Vormingscentrum om te zeggen, dat hier dingen gebeuren, die de toets der normale kritiek (geen overdreven kritiek) niet doorstaan. Het is de vorige keer kwalijk genomen, dat zijn fractiegenoot, de heer van Halderen - en dit is de reden, dat hij thans het woord hierover voert - gezegd zou hebben, dat een eigen bijdrage van ƒ.2,50 ter waarde van een pakje sigaretten niet voldoende zou zijn. Niemand meer dan zijn fractie zal, wanneer er kansar men zijn in de maatschappij er toe willen bijdragen, dat dezen de gelegenheid krijgen voor ontwikkeling en voor een zekere emancipatie. Indien men de lijst van deelneemsters bekijkt dan zijn er velen waarvoor een hogere bijdrage dan ƒ.2,50 geen enkel bezwaar zal zijn. We leven thans wel in de St. Nicolaas-tijd maar het is niet aan de raad om presentjes te geven. Men heeft denkt hij - en ook het college - bij dit voorstel vergeten, dat iedere gulden maar één keer uitgegeven kan worden. Er wordt ont zettend veel bezwaar gemaakt indien het gaat om verhoging van de subsidies aan Fijnaartse verenigingen met ƒ.100,of ƒ.200, per jaar. Een bedrag voor een zangvereniging van ƒ.750,vindt de raad te veel. Hier wordt voorgesteld om aan een groep van 18 deelneemsters 2 x ƒ.2.500,achter elkaar te geven. Hij heeft daarom moeite met dit voorstel. Hij kan goed begrijpen - en men moet praktisch zijn - wat het verleden betreft zit het moeilijk. Indien dit Vormingscentrum echter achteraf bij de raad om een subsidie komt, vindt hij het zeer kwalijk, dat dit cen trum het doet voorkomen dat het gewoon recht heeft op deze sub sidie. Ook dit Vormingscentrum zal zich naar de spelregels moe ten richten en vooraf met de colleges kontakt moeten opnemen in dien men iets wil organiseren. Hij wil daarom voorstellen, waarbij hij de hoop uitspreekt, dat de fractie van Mevr. Verha gen zich in zijn totaliteit daarmede kan verenigen, om het le subsidie bedrag symbolisch met ƒ.25,te verlagen, zodat de raad duidelijk tot uitdrukking laat komen, dat de gevolgde methode van dit Vormingscentrum en alles wat daarmede samenhangt, volkomen fout is. Voor de toekomst kan zijn fractie wel instemmen met de criteria die het college genoemd heeft, maar zou daaraan toegevoegd willen zien, dat deze ook al gelden voor de vervolgcursus. Hierbij zou nog als criterium naar voren kunnen worden gebracht, dat er van de leiders een zekere deskundigheid en geschiktheid gevraagd wordt. Hij zelf heeft een inspraakprocedure gevolgd onder de leiders van dit Vormingscentrum. De beperktheid van visie en hun vooringenomenheid op verschillende punten hebben hem pijnlijk getroffen en hebben tot resultaat gehad dat hij met niet te veel vertrouwen heeft in datgene wat zij naar voren brengen. De wijze waarop zij hun subsidie-aanvraag bij de raad hebben ingediend heeft zijn mening in deze zin alleen maar versterkt. Hij hoopt, dat zijn voorstel om het eerste subsidie-bedrag met ƒ.25,te verlagen in de raad ondersteuning vindt. Voor de vervolgcursus/voor 1980 zou dan afgewacht moeten worden wat het Vormingscentrum heeft te antwoorden op de door het college op gestelde criteria, /en voor de cursus

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1978 | | pagina 147