Dat dit schrijven werd ingetrokken vond zijn oorzaak in het feit dat op
27 december 1977 een gesprek werd gevoerd tussen de besturen van de
Witte Roos en D.S.O., waarbij een volledige overeenstemming werd bereikt.
Nadat de zaak goed was uitgesproken werd door het bestuur van D.S.O.
voorgesteld, dat het bereid was het schrijven van 21 november 1977 in te
trekken. Dat voorstel werd door het gehele bestuur van de Witte Roos
op zeer hoge prijs gesteld.
Het bestuur van D.S.O. is met dit voorstel gekomen om een verscherping
in de verhoudingen te voorkomen, alsmede om de naam van de Witte Roos
niet verder in het discrediet te brengen.
Bij deze bespreking was de heer Kannekens persoonlijk aanwezig en hij
stelde, dat hij het zeer op prijs zou stellen indien de intrekking van
de briefgedateerd 21 november 1977, schriftelijk zou geschieden.
Welnu het bestuur van D.S.O. heeft zijn afspraak volledig gestalte ge
geven
Er werd schriftelijk gereageerd:
De gehele financiële schade werd door het bestuur van D.S.O. voor lief
genomen, ondanks de steeds snel stijgende kosten en de aanmerkelijk
lagere opbrengst van deze binnenkermisDit is uiteindelijk een gevolg
van een intern probleem tussen het bestuur en beheerder van de Witte
Roos11
Zijnerzijds behoeft op deze verklaring geen discussie te volgen.
De voorzitter deelt de heer Evers mede, dat zulk soort zaken thuishoren
waar deze zijn ontstaan en niet in de raadsvergadering.
Ingekomen stukken en mededelingen, volgnr. 78-II-7.
De heer van Dis vraagt of het college nog nader contact gehad heeft met
Gedeputeerde Staten naar aanleiding van hun besluit tot verdaging van de
beslissing op het raadsbesluit tot aangaan exploitatie-overeenkomst met
Dekkers—Bouwbedrijf-Holding en Polyzathe Rotterdam. Is de goedkeuring
binnen afzienbare tijd te verwachten?
De heer Evers informeert hoe het komt, dat het door de heer van Dis ge
noemde besluit, dat reeds op 8 december 1977 bij de gemeente is binnen
gekomen, pas nu aan de raad ter inzage wordt gegeven. Wat voor gevolgen
heeft deze twee maanden verdaging voor de bouw van de nieuw te bouwen
openbare kleuter/basisschool? Is het niet verstandig om nu reeds een
Jarinolokaal te gaan bestellen voor augustus 1978, zodat geen gebruik
gemaakt behoeft te gaan worden van een zaal van het Dorpscentrum de Witte
Roos?
De voorzitter deelt de heer Evers mede, dat dit stuk op 9 januari 1978
in de vergadering van het college is behandeld. Deze verdaging heeft
geen consequenties voor de bouw van de openbare K.B.O. school, omdat het
college er van uit gaat dat deze overeenkomst reeds maanden bestaat.
Hij is wel hogelijk verbaar:1 tot het boze toe, omdat deze overeenkomst
reeds vóór 25 augustus 1977 toen deze door de raad is aangegaan in nauw
overleg met ambtenaren van de Provinciale Griffie is opgesteld.
In november jongstleden heeft hij hierover nog contact gehad met een
ambtenaar van de Provinciale Waterstaat en deze had hem gezegd, dat hij
spoedig hierover een advies zou uitbrengen aan Gedeputeerde Staten.
Inmiddels zijn weer twee maanden verstreken en is er nog steeds niets
bekend. Hij heeft wel goede moed dat de goedkeuring nu één dezer dagen
zal afkomen. Hij vindt het beschamend indien men deze overeenkomst zó
voorbereidt, dat het dan nog zo lang moet duren alvorens hierop goed
keuring wordt verkregen.
