Het is goed, dat hier vanavond ook Uw echtgenote aanwezig is.
Ik hoop, dat het U goed gedaan heeft, dat zij hier kon zijn en dat
zij heeft kunnen horen, hoezeer wij U waarderen.
Voor alles wat U voor de gemeenschap in die vele jaren hebt gedaan
is er door het gemeentebestuur een besluit genomen, luidende:
Het gemeentebestuur;
gelet op het raadsbesluit van 2 september 1974;
besluit:
toe te kennen aan de heer
JOHANNES CORNEL IS LAMBREGTS,
geboren te Fijnaart en Heijningen op 16 augustus 1910
de
VERGULD ZILVEREN ERE - PENNING DER GEMEENTE,
zulks ter gelegenheid van zijn afscheid als raadslid voor de
VELE VERDIENSTEN
aan de gemeente bewezen.
Fijnaart en Heijningen, 31 augustus 1978.
Namens het gemeentebestuur:
J. van Bochoven, burgemeester.
De voorzitter overhandigt hem hierna de ere-penning.
Bovendien is het mij een genoegen U als eerste raadslid in het bezit
te stellen van deze gebrandschilderde afbeelding van de veel bespro
ken Heer Jan II van Glymes.
Ik hoop dat U - genietend van een lekkere sigaar - want zo kennen we
U - nog vele jaren naar deze twee geschenken mag kijken.
En als U daarbij met het klimmen der jaren ook nog over een redelijk
goede gezondheid mag beschikken, dan hebben wij daar geen wensen meer
aan toe te voegen.
In onze dankbaarheid willen wij ook gaarne mevr. Lambgrets betrekken.
Mevr. Verhagen zal haar namens de raad deze bos bloemen aanbieden.
Een geringe vergoeding voor de vele malen, dat Uw man zoals dat heet:
voor de gemeente de deur uit moest naar de Fijnaart.
Beste mijnheer en mevrouw Lambregtsnogmaals veel dank voor alles.
Op Uw verdere levensweg wens ik U Gods Zegen toe.
De heer Lambregts bedankt als volgt:
Burgemeester, collegae, geachte aanwezigen
Ik sta gewoon perplex van hetgeen ik vanavond allemaal heb aangehoord.
Ik had helemaal geen idee van hetgeen mij vanavond te wachten stond.
Ik wil collega Kannekens hartelijk dank zeggen voor hetgeen hij heeft
gezegd en aangeboden. Je hebt het allemaal vanavond reeds gehoord, dat
ik geen spreker ben. Dit staat mede in verband met de regeling die
wij in onze fractie hebben getroffen. We zitten met vier man en als
iedereen wat wil zeggen duren de raadsvergaderingen nog langer.
Er is afgesproken dat één man het woord zou voeren en zodoende be
hoefde ik niets te zeggen. Nogmaals, hartelijk dank, mijnheer Kanne
kens, en U was ook zonder microfoon in staat om Uw stem verstaanbaar
te maken.
