De heer Kannekens blijft van mening dat er thans een andere uitspraak over gedaan mag worden. De voorzitter deelt hem hierop mede dat bij herindeling 5O°/0 van de gemeenteraden hun zin krijgt. Momenteel is er geen enkel wetsontwerp in behandeling bij de Twee de Kamer dat voorziet in een herindeling waarbij de gemeente Fijnaart en Heijnin- gen is betrokken. De heer Mjnters zegt indien dit de procedure zou bekorten om tot een spoedige uit spraak van de Minister te komen hij het eens is met de heer Kannekens, maar anders heeft het geen zin. De voorzitter kan niet inzien dat een besluit van de gemeenteraad van Fijnaart en Heijningen in welke zin dan ook enige verandering zou brengen in het standpunt van de Minister op dit moment. Het heeft dus geen enkele zin om een besluit te nemen. De heer Evers vraagt naar aanleiding van punt e om een exemplaar van de monumen— lijst aan de raadsleden ter beschikking te stellen, hetgeen hem door de voorzitter wordt toegezegd. De heer Lauwers vraagt naar aanleiding van punt cj welk voordeel de gemeente op dit moment heeft om aangesloten te zijn bij dit Automatiseringsverband. De voorzitter deelt hem mede dat de gezamenlijke gemeenten proberen verder te komen in de ontwikkeling van de automatisering van de administraties. Deze gemeente zal per 1 januari a.s. de salarisadministratie er onder brengen en in de loop van het volgend jaar de bevolkingsadministratie en waarschijnlijk ook de onrcerendgoedbe— lasting. Verder is het mogelijk om deze post alszodanig bij de algemene beschouwin gen van de gemeentebegroting 1977 ter discussie te stellen. De heer Lauwers vraagt waarom de brief van de heer Roza van 22 juli 1976 niet bij de ingekomen stukken is gevoegd. Hij vindt het belangrijk om deze thans te behan delen, want het is een bezwaar tegen de bouw van een loods achter zijn woning. De voorzitter antwoordt hem dat deze brief maandag j.l. is binnen gekomen. Uit een voorlopig ingesteld onderzoek is gebleken dat er momenteel niets in strijd gebeurt met enig wettelijk voorschrift. Deze brief zal worden behandeld in de ver gadering van het college en het antwoord aan de heer Roza zal aan de raad ter ken nis worden gebracht. De heer Kannekens vraagt waar de brief van 12 juli 1976 is, die gericht was aan de raad. Het gaat hier om een subsidieaanvraag van een vereniging die door burgemees ter en wethouders is afgewezen, zonder dat dit in de raad is behandeld. Door de betreffende vereniging is daarna een brief geschreven aan alle raadsleden. De voorzitter deelt hierop mede dat dit gaat over een subsidieverzoek voor de aan schaf van een St. Nicolaaspak, Dit verzoek is door het college om advies gezonden naar de Commissie Onderwijs, Culturele, Jeugd— en Sportzaken en overeenkomstig het advies van deze commissie door het college afgewezen. Deze vereniging wendt zich nu tot de raad en het college heeft besloten het eerst in bovengenoemde Commissie te laten behandelen waarna het met het advies van de Com missie in de raad zal worden behandeld. Het betreft dus een procedure zaak. De heer Kannekens merkt hierna op dat het dan beter aan de raad medegedeeld had kunnen worden De voorzitter deelt naar aanleiding hiervan mede indien er in het vervolg belang rijke zaken binnenkomen welke snel voor behandeling gereed gemaakt kunnen worden deze in de volgende raadsvergadering zullen worden behandeld, of er wordt aan de raad medegedeeld welke zaken zijn binnengekomen met de mededeling wat er mede gaat gebeuren. Tot slot deelt hij nog mede dat de begrotingswijziging tot beschikbaar stelling van een krediet voor het leefbaarheidsonderzoek in Heijningen is goedge keurd. De raad besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van burge meester en wethouders.

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1976 | | pagina 66