-4-
Ook hij kan er zich niet mee verenigen dat de persleiding tegen boekwaarde
wordt overgedragen, want op deze manier is de gemeente de 400.000,
D.A.C.W. subsidie kwijt. Indien dit vooraf allemaal bekend was geweest
had hij dit bedrag ook liever aan andere projecten besteed.
De voorzitter merkt ten aanzien van de toegekende D.A.C.W. subsidie op dat
deze bestemd is voor een bepaald project. Deze subsidie is toegekend voor
de aanleg van een persleiding voor de afvoer van rioolafvoer. Het gaat hier
dus om een stuk zuivering, of verplaatsing van het afvoerwater naar een
zodanig lozingspuntdat het minder bezwaarlijk is. Dat is een goede zaak
en dat komt aan de gehele gemeenschap ten goede.
Er kan dus niet gesteld worden dat het zonde is van het geld. Uit verkregen
informaties is hem gebleken dat Fijnaart, wat de verplaatsing van het vuile
water betreft, niet achteraan loopt, maar dat West Brabant ten aanzien van
de zuivering wél ver achteraan loopt.
Hij deelt de heer Munters mede dat de gemeente niet in 1976 zal gaan com
penseren, maar dat het college voornemens is dat te bezien bij de vast
stelling van het tarief van de onroerendgocdbelasting bij de behandeling
van de ontwerp-begroting 1977. 0
De heer Munters is het hiermede niet eens en handhaaft het jaar 1976.
De voorzitter deelt de heer van Dis mede dat het niet bekend was of er ge—
meenten waren die deze voorwaarden niet hebben geaccepteerd. In 1974 zijn
de onderhandelingen met het Waterschap West Brabant begonnen.
Hij heeft toen gevraagd om voor de gehele regio dezelfde gedragsregels
vast te stellen.
Indien er werkelijk gemeenten zijn die deze zaken tegen voordeliger voor
waarden hebben overgedragen aan het Waterschap West Brabant is hij voor
nemens om dit aan te houden. Daarom vindt hij deze zaak te belangrijk.
Uitdrukkelijk stelt hij dat het college niet meer wil hebben dan een ander,
maar zonder meer genoegen nemen met minder dan een ander is ook niet aan
vaardbaar. Het gaat in doze niet om de uitkomsten, want die zijn volgens
deze regels objectief en goed berekend, maar hij kan zich voorstellen dat
elders andere gedragsregels zijn gehanteerd.
Hij is ook bereid om in het college te bezien of er iets gedaan kan worden
om het rioolafvoerrecht voor 1976 te verlagen.
De heer Munters stelt dat aan alle gemeenten deze uniforme voorwaarden zijn
aangeboden, maar er zijn gemeenten die deze voorwaarden niet hebben aan-
vaard. 9
De raad besluit zonder hoofdelijke stemming op voorstel van de heer van
Dis dit voorstel aan te houden om het college gelegenheid te geven:
1een nader onderzoek in te stellen welke gemeenten bezwaren tegen deze
voorwaarden hebben gemaakt en op welke gronden
2. te bezien of het tarief van het rioolafvoerrecht voor 1976 kan worden
verlaagd, en
3. de redactie van punt 5 van het ontwerp-besluit nog eens nader te bezien.
Wethouder van Dueren den Hollander beklemtoont nog dat de door de raad naar
voren gebrachte bezwaren voor hem ook van dermate groot belang zijn dat een
nader onderzoek geboden is.
5. Voorstel tot het beschikbaarstellen van een krediet voor het aanbrengen van
voorzieningen aan de Chr. Hat. School te Zwingelspaan/31e wijziging gemeen
tebegroting 1976, volgnr. 76-V-54.
De heer van der Werf merkt op dat er grote bedragen aan deze school zijn
besteed. Verder wil "hij weten of het college gezien de afschrijvingstermijn
van 5 jaar er reeds rekening mee houdt, dat deze school binnen deze termijn
zal verdwijnen.