- 3 -
Wethouder Fakkers deelt hem mede dat twee jaar geleden reeds het sa
laris van één keurmeester voor de helft in de begroting van de kring
is opgenomen, omdat hij voor de andere helft ten laste komt van het
gemeentelijk slachthuis in Roosendaal. Hierdoor is reeds een gedeelte
van het tekort, dat toen ook al dreigde, weggewerkt. Eén man drukt
inderdaad bijzonder zwaar op deze dienst.
De heer Kannekens doet de suggestie om deze zaak aanhangig te maken
bij het Streekgewest Westelijk Noord-Brabant.
De voorzitter antwoordt hem, dat dit geen taak is voor het Streekge
west, omdat dit een apart fungerende gemeenschappelijke regeling is.
Bovendien lopen de grenzen van het Streekgewest niet parallel met de
grenzen van de Vleeskeuringskring.
Tot slot merkt hij op dat wethouder Fakkers voldoende gegevens ter be
schikking heeft om de zorg van de gemeenteraad over te brengen in de
vergadering van de Vleeskeuringskring.
De raad besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel
van burgemeester en wethouders.
5. Voorstel beschikbaarstelling krediet voor aanschaffing leen- en hulp
middelen vak handenarbeid openbare lagere school Heijningen/57e wijzi
ging gemeentebegroting 1976, volgnr. 76-XI-1Q9.
De raad besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voor
stel van burgemeester en wethouders.
6. Voorstel beschikbaarstelling krediet uitbreiding leerlingensets open
bare lagere school Fijnaart/58e wijziging gemeentebegroting 1976,
volgnr. 76-XI-113.
De raad besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voor
stel van burgemeester en wethouders.
7. Voorstel toepassing artikel 55 quater der Lager-onderwijswet 1920 ten
aanzien van de openbare lagere scholen in Fijnaart en Heijningen voor
1977. volgnr. 76-XI-114.
De heer Lauwers vraagt of dit voorstel nadelige gevolgen heeft voor de ge
plande nieuwe openbare school in Fijnaart.
De heer van der Werf zegt dat hier voor het college als bestuur van de
openbare scholen een taak is weggelegd. Hij vraagt daarom in 1977 de vol
le aandacht van het college om de twee kleine scholen in Heijningen samen
te voegen.
De heer Munters wil dit en ook het volgende agendapunt aan elkaar koppe
len. Bij aanneming van dit voorstel krijgt men een aanzienlijk verschil
in het bedrag per leerling voorde openbare en bijzondere scholen.
Hij wil duidelijk stellen dat er in Fijnaart nog een paar scholen zijn
die in wezen in dezelfde omstandigheden verkeren. Het is hem bekend dat
deze scholen een verhoogd bedrag per leerling kunnen krijgen, doch dit
kan pas achteraf na ingesteld beroep op de Kroon, terwijl het hier al
vooraf kan geschieden.
De heer van Dis heeft in Heijningen van verschillende ouders vernomen
dat dezaner geen bezwaren tegen zouden hebben indien hun kinderen met
bussen van Heijningen naar scholen in Fijnaart zouden worden vervoerd.
Het betreft hier vooral ouders van kinderen die buitenaf wonen, die nu
verplicht zijn hun kinderen tweemaal per dag naar school te brengen en
te halen. Wanneer men het totaal aantal kinderen beziet waar het in
Heijningen op dit moment om gaat en indien men hierbij ook betrekt het
aantal kinderen dat de andere school bezoekt in Heijningen vindt hij
dat het college hier min of meer druk zou moeten uitoefenen om deze
situatie tot een oplossing te brengen. Men kan nu wel gemakkelijk zeggen?
"we gaan maar meer geven", maar iedereen is ervan overtuigd dat êên bus
per jaar, die van Heijningen naar Fijnaart rijdt, langzamerhand minder
zal kosten dan het onderwijs in Heijningen nu kost.