Dit behoeft derhalve niet in de notulen te worden her
haald anders krijgt men nogal een dik boekdeel
Hetgeen op bladzijde twaalf staat vermeld weet hij niet
of dit gezegd is> maar hij is van mening dat dit wel fout
zal zijn. Het getal "60" zal derhalve worden geschrapt.
De heer van der Werf merkt op dat op bladzijde negen regel
zes staat dat de heer Lauwers sprak tot zijn collega.
ETF moet naar zijn mening collega's zijn.
Verder is er een stukje uit het betoog weggelaten.
Do voorzitter deelt hem mede dat in het ontwerp stond ver-
meld collegae. Overigens merkt hij op dat het de heer
Lauwers niet is opgevallen,
In aansluiting op deze opmerkingen merkt de heer Lauwers
op dat in het verleden is besloten tot een beknopte weer-
gave en als men dit pakket ziet is het voor hem al genoeg.
De voorzitter kan dit alleen maar bevestigen.
De heer Munters meent zich ten aanzien van zijn opmerking
over het ontslag en de op wachtgeldstelling van de gemeen
tegeneesheren te herinneren dat door de voorzitter was toe
gezegd dat dit nog nader zou worden bekeken.
Dit staat echter niet in de notulen vermeld.
De voorzitter antwoordt hem dat hij dit inderdaad heeft
gezegd.
De heer Evers vraagt om in het vervolg een bredere voor—
marge aan te houden voor het maken van aantekeningen, het
geen de voorzitter toezegt.
De heer Evers informeert of er al iets bekend is over de
hoorzitting met betrekking tot punt 5 (voorbereidingsbe-
sluit Langeweg 14 bungalows).
De voorzitter antwoordt hem dat de hoorzitting op 14 ok
tober j.l. is gehouden. De verkregen informatie is het
college nu aan het verwerken.
De raad besluit de notulen gewijzigd vast te stellen in
die zin, dat op bladzijde 12 de door de heer Kannekens
genoemde maten 23 x 14 x 60 meter worden gewijzigd in
23 x 14 meter.
Ingekomen stukken en mededelingen, volgnr. 76-X-98.
f^unt c
De heer van der Werf informeert indien de muziekschool
straks geen medewerking meer verleent of er dan een moge
lijkheid bestaat om aan de leerlingen een bijdrage in de
kosten te verlenen voor het volgen van particulier muziek
onderwijs.
Verder vraagt hij om aan de raadsleden fotokopieën van de
ze correspondentie te verstrekken.
De heer van Dis merkt op dat uit de correspondentie blijkt
dat de houding van de Muziekschool tegenover de gemeente
onbehoorlijk is. De toon die uit deze correspondentie
blijkt is niet in overeenstemming met de toon die de Mu
ziekschool in acht zou moeten nemen tegenover de gemeente.
Hij heeft de indruk dat er veel rancune gevoelens bestaan
zowel bij het bestuur van de muziekschool als de direk-
teur. Persoonlijk verklaart hij dat hij uitermate ontstemd
is en zelfs nog meer dan dat over het feit dat het bestuur
en de direkteur zo'n toon aannemen. De gemeente heeft de
Muziekschool financieel altijd goed gesteund.
De heer Munters is het in grote lijnen met de heer van Dis
eensIn de brieven komen passages voor die tot de compe
tentie van de raad behoren.