- 2 - Da uitdrukking, wij, da burgemeester en de secretaris leunen maar wat tegen el kander aan, wijst niet alleen in die richting, maar geeft ook het karakter weer. Op een keurige wijze gebruikt hij zijn capaciteiten wat ten goede komt om een vertrouwde afa^ te scheppen. Zou deze man aanzien dat zijn functie medebrengt dat hij zich in het verenigings leven stort, dan kan hij als gevolg daarvan objectief blijven. □e heer van Dueren den Hollander vindt de procedure juist die de heer van Dis voorstelt. We hebben kennisgemaakt met een tweetal kandidaten, die gekozen zijn uit een aantal, en we hebben met hen de degen wat kunnen kruisen. Hij heeft een beetje moeite met de woorden van collega van Dis, zelfè als hij wat vriendelijk de akte van onvermogen op de raad noch college legt. Hij vindt dat dat er oen klein beetje vriendelijk inzat. Hij zou het een uitdaging voor zichzelf vinden om te gaan reageren, wat te gaan praten, wat te gaan attaque ren met zo'n persoonlijkheid. Dat is iets heel anders dan dat men van die man zo onder de indruk kwam en men niets meer zou kunnen zeggen. Hij gelooft er niet in. Hij vindt dat er vandaag best persoonlijkheden naar voren mogen komen en hij heeft er niet zo'n moeite mee. De heer Munters vindt het bijzonder moeilijk om omtrent personen in een vergadering zijn mening te laten horen. Als we zo in het openbaar moeten spreken over een per soon, dan zou hij het op prijs stellen als de vergadering besloten werd. Hij heeft er ook zijn conclusies over Bn hij zou aan de heer van Dis willen vragen, indien hij die stelling naar voren brengt, heeft hij ter plaatsegeïnformeerd. De heer van Dis zegt dat bij hem het gesprek, dat hij met 0j,emian gehad heeft, zo is overgekomen. Dat wil niet zeggen dat die man zijn stem/heeft, maar hij wil hem toch even zo typeren. Alleen dit gezegde: "als burgemeester en secretaris maar wat tegen elkaar aanleunen", is voor hem zeer gevaarlijk. De secretaris is het hoofd van de secretarie, en de burgemeester voorzitter van de raad en het college van burgemeester en wethouders. De voorzitter is het er mee eens dat je in het openbaar niet te veel over personen moet praten. Hij i3 het eens met de heer van Dis wat betreft de schets die hij ge geven heeft van de plaats van de secretaris. Als hij het goed gehoord heeft zou meneer Munters in besloten vergadering verder willen gaan. Hij staat hem ook niet in de weg om dit voorstel te doen, maar hij dacht dat men voldoende geïnformeerd is en dat het hoogstens zo is dat U kunt zeggen, wat U er zelf van vindt. De heer Munters houdt persoonlijk ook van openbare vergaderingen, maar als het over dergelijke zaken gaat, dan vindt hij dat anders. De heer Kannekens vindt dat men zaterdag j.l. lang genoeg bij alkaar geweest is en al3 men nog nadere informaties had willen hebben, dan moet men daar naar vragen. De conclusie is voor jezelf. Informatief hebben wij er voldoende over gesproken. AI3 we er iets over willen zeggen moeten we dat rustig in het openbaar kunnen doen. Daar behoeven we niet voor in besloten vergadering over te gaan, want ieder is zelf verantwoordelijk voor de uitspraak die hij doet. De voorzitter stelt vast dat niemand behoefte heeft om in besloten vergadering over te gaan. De heer Pakkers is van oordeel dat zaterdag j.l. deze 2 kandidaten aan de tand ge voeld zijn. Aan de hand daarvan is door de raad een oordeel gevormd. Hij vindt dat de raad nu zijn oordeel maar moet doen blijken door een naam op pa pier te zetten. De raad besluit met 10 stemmen de heer Lieven te benoemen tot gemeente-secretaris 1 stem is blanco uitgebracht. De voorzitter schorst om 19.57 uur de vergadering om de heer Lieven van de uitslag in kennis te stellen. De voorzitter heropent om 20.00 uur de vergadering en stelt wederom aan de orde punt 4, Voorstel tot vaststelling gemeentebegroting en bedrijfsbegrotingen 1974. De voorzitter vangt aan met de beantwoording van de vragen uit de raadsvergade ring van 4 april 1974. De gemeente-rekening 1970 is in concept gereed en door het Verificatiebureau gecontroleerd. De gemeente-rekening 1971 zal binnenkort gereed komen. Aan het verificatiebureau is ook medewerking gevraagd voor het opmaken van de gemeente-rekening 1972. Het streven is om deze ook dit jaar nog aan tebieden.

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1974 | | pagina 32